DB Terugblik
Een terugblik op de waarnemingen van de afgelopen periode.
2024 |
September 2024 8 oktober 2024 8 |
Augustus 2024 8 september 2024 12 |
Juli 2024 6 augustus 2024 14 |
Juni 2024 5 juli 2024 15 |
Mei 2024 10 juni 2024 7 |
April 2024 8 mei 2024 8 |
Maart 2024 7 april 2024 28 |
Februari 2024 11 maart 2024 9 |
Januari 2024 11 februari 2024 13 |
December 2023 6 januari 2024 13 |
2023 |
November 2023 4 december 2023 17 |
Oktober 2023 7 november 2023 13 |
September 2023 18 oktober 2023 8 |
Augustus 2023 4 september 2023 17 |
Juli 2023 2 augustus 2023 11 |
Juni 2023 3 juli 2023 16 |
Mei 2023 5 juni 2023 20 |
April 2023 9 mei 2023 11 |
Maart 2023 10 april 2023 9 |
Februari 2023 8 maart 2023 18 |
Januari 2023 7 februari 2023 7 |
December 2022 9 januari 2023 11 |
2022 |
November 2022 5 december 2022 12 |
Oktober 2022 5 november 2022 32 |
September 2022 9 oktober 2022 9 |
Augustus 2022 7 september 2022 21 |
Juli 2022 7 augustus 2022 5 |
Juni 2022 9 juli 2022 9 |
Mei 2022 13 juni 2022 22 |
April 2022 8 mei 2022 14 |
Oktober 2022
5 november 2022 · Wim Wiegant · 5133 × bekeken
Er waren deze maand bijna teveel hoogtepunten om op te noemen. De maand leverde ons land drie nieuwe soorten op, die alle drie, Geelsnavelkoekoek, Bobolink en Pijlstaartgierzwaluw, slechts aan zeer weinigen gegund waren. Gelukkig was er ook nog een enorme knaller, de Geelbrauwgors, een tweede voor Nederland, die juist heel goed te bezoeken was. En dan was er ook nog een kwikstaart die heel bijzonder was, alweer geel, net als de koekoek en de gors. Tegen zoveel prioritaire soorten kwam de aandacht voor de stromen Raddes Boszangers, Grote Kruisbekken en Vale Gierzwaluwen een beetje in de verdrukking.
Hoogtepunten
De hoogtepunten doen we deze keer op chronologische volgorde. Dat is beter voor het drama.
Geelsnavelkoekoek
De eerste Geelsnavelkoekoek van Nederland, op de Stuifdijk van de Maasvlakte (ZH), werd door de ontdekkers eerst nog even voor een Kuifkoekoek gehouden, maar dat was snel voorbij! Het geval duurde ook maar heel even, want toen de vogel na enige tijd wilde wegvliegen over de Nieuwe Waterweg raakte hij te water, mogelijk door een aanval van een Zilvermeeuw, en verdronk. Het verhaal van de ontdekking en het treurige einde van de vogel is hier te lezen.
Geelsnavelkoekoek Coccyzus americanus, Maasvlakte (ZH), 12 oktober (Wilma van Holten)
Bobolink
De tweede van de knallers van de maand werd gefotografeerd door een vogelaar die geen idee had om wat voor vogel het ging. Ze dacht dat het wel een kooivogel zou zijn. Ze bleek daarin niet de enige te zijn: een man met een soortenlijst die langer is dan die van alle mensen in uw straat samen, kwam ook niet op het idee dat het om een Bobolink ging, en dacht aan een soort wever. Ons advies: bij de volgende puntige staartpennen, goed opletten! Weer werd een uiterst zeldzame soort pas vanaf de foto gedetermineerd.
Bobolink Dolichonyx oryzivorus, Nieuwe Driemanspolder, Zoetermeer (ZH), 18 oktober (Elly Stevens)
Oostelijke Gele Kwikstaart
Op 15 oktober werd een Oostelijke Gele Kwikstaart Motacilla tschutschensis / macronyx / taivana ontdekt op Texel, die in ieder geval heel zeldzaam, maar vrijwel niet te determineren is. Er was één eerder geval. Mogelijk wordt de vogel aanvaard als één van drie taxa, zoals boven aangegeven. De vogel was tot 19 oktober te bezichtigen.
Oostelijke Gele Kwikstaart Motacilla tschutschensis / macronyx / taivana, 16 oktober (Eric Menkveld)
Geelbrauwgors
De tweede Geelbrauwgors van Nederland werd op 21 oktober gevonden in het boeiende plaatsje Bunne, bij Vries in Drenthe. De ontdekster had meteen in de gaten dat ze een grote vis aan de haak had. Ze kon het bijna niet geloven. Een mooi verhaal is hier te lezen, met gruwelijk mooie foto's erbij. Om de stemming erin te houden laten we hier ook nog een fotootje zien. De ontdekster kreeg op deze site al heel wat hulde, en het DB Terugblik-team doet hier graag aan mee...! De volgende dag was het groot feest, met zo ongeveer de grootste twitch ooit in Nederland!
Geelbrauwgors Emberiza chrysophrys, Bunne (Dr), 24 oktober (Eric Menkveld)
Pijlstaartgierzwaluw
Gevallen van zeldzame zeevogels, zoals bijvoorbeeld het eerste Wilsons Stormvogeltje, duren maar heel kort, een paar minuten misschien. De eerste Pijlstaartgierzwaluw op 26 oktober op Schiermonnikoog liet zich misschien nog wel korter aan drie verbouwereerde waarnemers zien. De foto's -of althans een ervan- lieten weinig aan de verbeelding over: de eerste voor Nederland was goed vastgelegd. Op deze site was de komst al een beetje voorspeld...!
Pijlstaartgierzwaluw Apus caffer, Schiermonnikoog (Fr), 26 oktober (Jaap Hennevanger)
Overzicht
Eenden en ganzen
De aantallen Witbuikrotganzen waren nog bescheiden. In totaal werden ongeveer 15 exemplaren gezien in oktober; daaronder was een familie met drie kinderen, op Vlieland, op 9 en 10 oktober. Het aantal Roodhalsganzen liep nog niet eens in de dubbele cijfers. In totaal werden minder dan vijf niet ál te verdachte exemplaren gezien. Heel vaak hebben mensen een zogeheten terugkerende nachtmerrie, een slechte droom die ze al meerdere malen hebben gehad. De Amerikaanse Zee-eend die vorig jaar in oktober op Schiermonnikoog werd gezien, en die voor menigeen een terugkerende nachtmerrie bleek te zijn, kwam weer een groot deel van de maand oktober op Schiermonnikoog doorbrengen. Deze keer viel de nachtmerrie nogal mee: de vogel was redelijk eenvoudig te zien te krijgen. Op 26 oktober werd waarschijnlijk dezelfde vogel ineens voor het strand van Ameland gezien, maar een dag later was hij weer terug op Schiermonnikoog. De Zouweboezem was weer gastvrij voor de Kokardezaagbek, die er eerder was gezien. Hier wordt betrekkelijk uitvoerig uiteengezet waarom dit niét de Eend van de Maand wordt.
Kokardezaagbek Lophodytes cucullatus, Zouweboezem (U), 31 oktober (Gerard Vegt)
Een wijfje Siberische Taling op 1 oktober in Reeuwijk weigerde te laten zien of ze wel of niet geringd was, zodat de vogel vooralsnog niet als wild aanvaard gaat worden.
Gierzwaluwen en koekoeken
De derde nieuwe soort voor Nederland van deze maand kwam langsgevlogen boven de duinen aan het strand van Schiermonnikoog, vlakbij de Amerikaanse Zee-eend. Tegenwoordigheid van geest was nodig om de soort vast te leggen, maar dat lukte goed, en zo werd de eerste Pijlstaartgierzwaluw van Nederland vastgesteld door slechts drie gelukkigen. De kritieke kenmerken waren op de foto's goed te zien. Leuk detail is dat er al was gewaarschuwd voor een zeldzame gierzwaluw. Na de eerste Vale Gierzwaluw in Nederland in 2006, werden er in 2013 maar liefst zes gezien. Dit record werd achtereenvolgens verbroken in 2018 en verpulverd in 2020, met respectievelijk elf en veertien gevallen, waarvan een van zes vogels tegelijk op Texel. Ook dit jaar was het weer raak, met naar schatting ten minste 50 vogels, en waarnemingen in 89 blokken. Texel ging goed, met minstens acht vogels op 27 oktober. Maar op Vlieland ging het nog wat beter: op 28 oktober werden daar minstens 14 vogels gezien. Op Walcheren werden er ook tenminste 6 (vrijwel) tegelijkertijd gezien op 27 oktober.
Vale Gierzwaluw Apus pallidus, Westkapelle (Zld), 27 oktober (Paul van Tuil)
Over het noodlottige einde van de eerste Geelsnavelkoekoek van Nederland kon u al voldoende lezen.
Geelsnavelkoekoek Coccyzus americanus, Maasvlakte (ZH), 12 oktober (Vincent Hart)
Het leek erop dat de koekoek was aangevallen door een Zilvermeeuw, omdat de vogel een wond in de hals had. De moordzuchtige Zilvermeeuw is nog voortvluchtig.
Zilvermeeuw Larus argentatus, Maasvlakte (ZH), 12 oktober (Wietze Janse)
Pijlstormvogels tot ibissen
Er werden nog vijf Vale Pijlstormvogels gemeld: op 8 oktober twee langs Vlieland, op 10 oktober langs Schiermonnikoog, en op 16 oktober twee langs Texel. In 13 uurhokken werden nog Zwarte Ooievaars gezien, vooral tussen Weert en Eindhoven, en geen enkele in de westelijke helft van het land. Ook in oktober stikte het nog van de Koereigers: ze werden in 124 uurhokken gezien. Groepen tot 61 exemplaren waren aanwezig in Zuid-Beijerland (ZH), van 21 bij Hoofdplaat (Zld), tot 18 bij Nieuw-Lekkerland, en 14 bij Arkemheen (Gld). Op twee à drie waarnemingen na werden alle exemplaren gezien ten westen van de lijn Groningen-Den Bosch. Van de Zwarte Ibis was de oogst beduidend magerder: slechts drie vogels werden waargenomen: op 2 oktober een bij het Markiezaat (NB), op 9 oktober een bij Hattem, en ten slotte op 10 oktober een bij Elburg.
Waders
Er werden nog 12 Morinelplevieren gezien. De meeste waren alleen, maar twee vlogen over bij Bodegraven op 1 oktober. Een exemplaar was wat langer te zien in de Slufter, Texel (NH) van 2 tot 8 oktober. De Gestreepte Strandloper trekt tegenwoordig niet meer grote drommen bezoekers, maar toch waren er nog aardig wat bij vogels in Waal en Burg op Texel (NH), van 30 september tot 8 oktober en mogelijk 13 oktober, bij Petten van 14 oktober tot 22 oktober, en bij Callantsoog van 23 oktober tot in november. We telden toch nog ongeveer 240 waarnemers.
Gestreepte Strandloper Calidris melanotos, Petten (NH), 22 oktober (Sven Valkenburg)
Alken, jagers en meeuwen en sterns
Hoe kan het ook anders; met die langdurige zuidelijke en zuidwestelijk stromingen willen Vale Gierzwaluwen best naar Nederland komen, maar het aantal Kleine Alken valt dan weer ontzettend tegen! Er werden er maar vier doorgegeven, en dat is ver onder de normale cijfers. Een zeer goed seizoen voor waarnemingen van de Kleinste Jager werd afgesloten met nog zes trekkers op 1 oktober, drie op 2 oktober, en acht op 8 oktober. Daarna was de koek wel op, met nog waarnemingen op 9, 13, 18 en 22 oktober van allenige exemplaren.Op 2 oktober werd een Vorkstaartmeeuw gezien langs Ameland. Op 9 oktober werden er minstens negen gezien op verschillende plekken langs de kust. Ten slotte werd er nog een gezien op 20 oktober langs Nieuwvliet-Bad, en op 26 oktober langs Scheveningen (ZH). De laatste Witvleugelstern van het jaar werd gezien aan de Knardijk in de Oostvaardersplassen op 1 oktober.
Roofvogels en uilen, maar geen valken
Onze tegenwoordige vaste herfstgast, de Grijze Wouw, kwam weer opdagen met drie gevallen: van 9 tot 11 oktober op Schiermonnikoog, op 15 oktober bij Cadzand (Zld), op 15 en 26 oktober bij Grevenbicht (L) en op 29 oktober bij Raalte (Ovl). Met een herfsttotaal van vier blijft de soort wat achter bij vorig jaar, toen er in dit jaargetijde tien gevallen waren. Eglazine, de Lammergier die al sinds 4 mei op de Veluwe verbleef, had het na 16 oktober wel gezien. Eerst werd ze in België waargenomen, maar op 18 oktober vloog ze over de Ooijpolder, op 19 oktober bij Weert (L) en op 21 oktober op de Strabrechtse Heide. Aan het einde van de maand dook ze op in de Achterhoek (Gld). Van een Steppearend, die vorige maand al werd gezien in de Groote Peel (L), bleek op 1 oktober dat hij voorzien was van een vermoedelijke kwekersring. Dat was nou jammer! Nog zo'n 34 blokken kregen bezoek van de Steppekiekendief. Die blokken waren zo ongeveer gelijkelijk verdeeld over het land, met uitzondering van de Waddeneilanden. Daar werd er geen enkele gezien. De Steppekiekendief was daarmee algemener dan de Ruigpootbuizerd, die maar in 30 blokken werd waargenomen. Van de Ruigpootbuizerd namen de waarnemingen in de loop van de maand natuurlijk toe in dichtheid, en van de Steppekiekendief af.
Bijna-zangvogels
Zo zie je de Scharrelaar nooit, zo krijg je er -als land dan- ineens drie te zien. De derde van het jaar liet zich zien op 3 oktober op vliegveld Deelen bij Arnhem (Gld). We moeten terugkijken naar 1988 om een jaar met drie gevallen op de Nederlandse lijst te kunnen vinden. Net als de vogel van Zuid-Kennemerland (NH) in augustus betrof het een eerstejaars vogel. De vogel kon echter niet bezocht worden, helaas.
Scharrelaar Coracias garrulus, Vliegveld Deelen (Gld), 3 oktober (Jurriën van Deijk)
De invasie van juveniele Roodpootvalken doofde langzaam uit. Op Terschelling verbleef nog een vogel tot 20 oktober, en in het Zwanenwater (NH) was er een aanwezig tot 28 oktober. Het zal niet de grootste invasie ooit zijn geweest, maar wel degelijk de grootste influx in het najaar ooit. Een schitterende "izabelklauwier" werd gezien en gefotografeerd op de Vliehors op 29 oktober. Naar het zich laat aanzien betrof het een Turkestaanse Klauwier, maar of de vogel als zodanig wordt aanvaard, moeten we nog even afwachten. Op 28 en 29 oktober werd ook een Daurische Klauwier gezien bij Slag Baardmannetje, bij het Oostvoornse Meer (ZH).
Waarschijnlijke Turkestaanse Klauwier Lanius phoenicuroides, Vliehors, Vlieland (Fr), 20 oktober (Maarten Hotting)
Zangvogels
Op 10 oktober werd een fraaie Noordse Boszanger ontdekt in de Eemshaven. De vogel liet zich goed zien en fotograferen, en bleef tot 16 oktober aanwezig.
Noordse Boszanger Phylloscopus borealis, Eemshaven (Gr), 12 oktober (Sebastiaan Koppelle)
Echt veel Pallas' Boszangers werden dit jaar (nog) niet gezien: 14 oktober in de Sluftervallei op Texel, 14 en 15 oktober in het Krimbos op Texel, 17 oktober in de Noordoosthoek op Vlieland, 19 oktober in de Seetingsnollen op Texel (NH), 26 oktober in Zeevang (NH), op 26-oktober twee op de Maasvlakte waarvan er een tot 29 oktober bleef, op 29 oktober een vangst in Meijendel bij Wassenaar (ZH), en tot slot op 29-30 oktober in de Oostervallei en op 30 - 31 oktober op Stortemelk op Vlieland.
Pallas’ Boszanger Phylloscopus proregulus, Noordoosthoek, Vlieland (Fr), 30 oktober (Han Zevenhuizen)
De Bladkoning werd deze maand in niet minder dan 281 uurhokken waargenomen. Dat is niet zo bruut als in 2018 (331 hokken) of 2020 (341), maar als we bedenken dat er vroeger Dutch Birding vogelweken werden georganiseerd met de Bladkoning als een van de belangrijkste doelsoorten, dan begrijpen we dat deze soort gigantisch in aantal is toegenomen gedurende de laatste 40 jaar...! Zo storm loopt het nog niet met de Humes Bladkoning. Deze maand werden er twee waargenomen, allebei op Texel: een in de Staatsbossen van 20 tot 22 oktober en op De Robbenjager van 28 tot 31 oktober. De Raddes Boszanger, daarentegen, dat is gewoon de nieuwe Bladkoning!
Raddes Boszanger Phylloscopus schwarzi, Maasvlakte (ZH), 11 oktober (Rob Halff)
Op 4 oktober werd er een gevangen in de Ooijse Graaf bij Nijmegen (Gld). Op 10 oktober werden er twee gevonden: een in Westkapelle, in het Noordervroon, en een in het Mallebos in Spijkenisse. Een dag later werden er twee gevonden, op de Maasvlakte en op Vlieland. De vogel op de Maasvlakte bleef tot 12 oktober, en op diezelfde 12 oktober werden nog eens twee nieuwe gevonden op Vlieland. Op 18 oktober werd er nog eens een gezien op Texel, en eentje op Ooltgensplaat, en een gevangen op Westenschouwen. Op 22 oktober kon je weer naar Schiermonnikoog, en op 28 oktober werd er nog eens een gevangen in het Noordhollands Duinreservaat. Tot slot werd er een ontdekt op 30 oktober in de Dordtsche Biesbosch, die nog een paar dagen bleef. Deze 13 Raddes Boszangers gaan zeker een record breken. Voor deze nieuwe Bladkoning kun je wel maar het beste naar Vlieland gaan: daar zijn er inmiddels al 19 gezien.
Raddes Boszanger Phylloscopus schwarzi, Maasvlakte (ZH), 11 oktober (Sven Valkenburg)
Ook Bruine Boszangers deden het goed: op één na, in zo ongeveer het centrum van Utrecht op 25 en 26 oktober, werden ze alle zeven aan de kust gezien, zoals gebruikelijk. Sperwergrasmussen, aan de andere kant, deden niets bijzonders dit jaar. Alle tien waargenomen exemplaren zaten op plaatsen en tijden waar ze de vogelaars niet echt verrasten. De 45e Veldrietzanger van Nederland werd gevangen in Meijendel (ZH) op 3 oktober. Teleurgesteld kunnen we vaststellen dat Ringbaanrietzanger misschien een geschiktere naam is voor de soort. Er zijn nu 41 ringvangsten, en slechts twee veldwaarnemingen...! Dat is in verhouding nog erger dan bij de Siberische Sprinkhaanzanger. Een Struikrietzanger werd waargenomen in de Westerduinen op Schiermonnikoog van 11 tot 15 oktober. Op Vlieland werd er eentje gevangen op 12 oktober.
Bruine Boszanger Phylloscopus fuscatus, Gagelpolder, Utrecht, 26 oktober (Frank Coenjaerts)
Het lijkt vooralsnog niet waarschijnlijk dat er een influx van Pestvogels gaat komen dit jaar, ondanks gemelde hoge aantallen in zuidelijk Scandinavië. Vogels werden gezien in slechts 27 uurhokken, allemaal na 19 oktober. Gek genoeg was er geen enkele waarneming van een Roze Spreeuw in oktober in Nederland. Met zulke hoge aantallen vogelaars op ongeveer alle Waddeneilanden gedurende ongeveer de hele maand, mag dat toch wel merkwaardig heten. Blauwstaarten deden het relatief matig, naar de standaard van de laatste jaren. Tenslotte werden in 2020 en 2021 samen 29 exemplaren vastgesteld! Twee vogels die al in september waren ontdekt op Schiermonnikoog en in het Noordhollands Duinreservaat, vermaakten daar de toeschouwers tot respectievelijk 3 en 11 oktober. Op 27 oktober werd nog een late waargenomen in Zoetermeer. Een van de leukere vogelaarsvogels (dat zijn de soorten die "te moeilijk" zijn voor de volstrekte leek of beginnende liefhebber), dat is de Kleine Vliegenvanger. Deze herfst werden ze niet zoveel gezien: slechts zeven. Op 1 oktober eentje die al in september was ontdekt in Vlaardingen, op 2 oktober in de Staatsbossen bij De Koog op Texel, op 8 oktober op Terschelling, op 10 oktober op Vlieland, op 14 oktober in Westkapelle, en van 17 tot 20 oktober in de tuintjes op Texel. De laatste was op Rottumerplaat op 30 oktober. Er werd dit najaar tot op heden maar één Aziatische Roodborsttapuit gezien, op 30 oktober bij Westerland op Wieringen (NH).
Aziatische Roodborsttapuit Saxicola maurus, Wieringen (NH), 31 oktober (Renate Visscher)
De Izabeltapuit is ook niet meer de knaller die de soort ooit was. Dit jaar waren er vier gevallen. Op 10 oktober twee: een op de Kwade Hoek (ZH) en een bij de Oude Eendenkooi op Vlieland (Fr). Op 15 en 16 oktober zat er weer een op Vlieland, meer naar het oosten, en op 20 oktober zat er een in De Nederlanden op Texel (NH).
Izabeltapuit Oenanthe isabellina, De Nederlanden, Texel (NH), 10 oktober (Thomas van der Es)
Op het strand van Wassenaar werd op 26 oktober een tapuit gefotografeerd, die onopvallend door het leven zou zijn gegaan, als niet op 6 november de ware identiteit, die de ontdekker ook al had vermoed, duidelijk werd: het bleek een Woestijntapuit. Het bleef voor deze vogel bij deze ene waarneming. De Izabeltapuit en de Bonte Tapuit hebben allebei de laatste vijf jaar elf gevallen laten zien. Dit jaar was er één geval van de Bonte Tapuit, en wel weer eens op Texel. Als de trend doorzet, haalt de Izabeltapuit de Bonte nog in!
Bonte Tapuit Oenanthe pleschanka, NIOZ-haven, Texel (NH), 26 oktober (Hans Overduin)
Een grasdak, het weegt wat maar dan heb je ook wat! Op zo een dak in Middelburg werd op 31 oktober een Alpenheggenmus ontdekt. Het was al de derde dit jaar, en net als bij de andere twee waarnemingen was er slechts één waarnemer, die wel meteen fraaie foto's maakte. Het was niet alleen de eerste voor Zeeland, het was ook het eerste najaarsgeval voor Nederland, én de soort was op deze site al aangekondigd.
Alpenheggenmus Prunella collaris, Middelburg (Zld), 31 oktober (Jan Minderhoud)
Grote Piepers werden in oktober in 90 uurhokken gemeld. Daarvan lagen er ongeveer 30 niet direct aan de kust. Er kwam maar geen eind aan de eindeloze stroom Siberische Boompiepers die door Jan en alleman bijna allemaal op geluid werden vastgesteld. Meer dan 35 exemplaren werden vastgesteld, waarvan 2 verblijvende bij Westkapelle van 2 tot 6 oktober misschien wel de leukste waren. Ongeveer net zoveel Roodkeelpiepers (in 30 uurhokken) werden nog waargenomen. Na de laatste dagen van september werd duidelijk dat zich een invasie van Grote Kruisbekken aan het aftekenen was.
Grote Kruisbek Loxia pytyopsittacus, Elspeet (Gld), 31 oktober (Eduard Sangster)
Op vele plaatsen werden eenlingen en groepjes gezien en gehoord. Grotere groepen waren er ook: bij Elspeet (Gld) waren bijna de hele maand 15-17 exemplaren aanwezig. In het Drents-Friese Wold waren er 12 te zien, en op het Leersumse Veld werden 9 exemplaren gezien, in de laatste week van oktober.
Grote Kruisbek Loxia pytyopsittacus, Elspeet (Gld), 31 oktober (Matthijs Molenaar)
Een tweede nieuwe soort voor Nederland deze maand werd slechts door twee mensen gezien en onafhankelijk ook gefotografeerd, in de Nieuwe Driemanspolder te Zoetermeer (ZH), op 18 oktober. Beide fotografen hadden niet meteen door dat het hier om een Bobolink ging, na de Geelsnavelkoekoek weer een nieuwe Amerikaanse soort voor het land. De twee fotografen dachten helaas meer aan een ontsnapte kooivogel. Aan de hand van de foto's werd de omvang van de ramp duidelijk. Jammer genoeg kon de vogel later niet meer worden teruggevonden. In de eerste helft van de maand werden nog enkele Ortolanen overvliegend gezien, voornamelijk aan de kust, maar de laatste, op 16 oktober bij Blaricum, was aan de grond. Een sensationele oostelijke dwaalgast, niet aan de kust maar midden in het land, dat is een uiterste zeldzaamheid. Een Geelbrauwgors werd gevonden op 21 oktober in Bunne (Dr), door een liefhebster die er meteen heel overtuigende foto's van maakte. Misschien wel de allergrootste twitch van Nederland ooit viel deze iconische soort de volgende dag ten deel, naar schatting 800 liefhebbers kwamen kijken. De vogel liet zich nog tot 24 oktober bewonderen, ook door een aantal buitenlandse bewonderaars. Er zijn van deze uiterst zeldzame soort in de WP minder dan 20 gevallen, maar dit jaar al drie: op 12 juli in Finnmark in Noorwegen, op 10 oktober in Kent, Engeland en nu deze. Het was overigens de tweede voor Nederland, de eerste was een vangst op Schiermonnikoog op 19 oktober 1982.
Geelbrauwgors Emberiza chrysophrys, Bunne (Dr), 23 oktober (Jeroen Heeres)
Ongeveer 33 Dwerggorzen werden gemeld. Meer dan de helft van de gevallen werd op geluid vastgesteld. Bosgorzen worden in tegenstelling tot Dwerggorzen bijna nooit op geluid vastgesteld. Tot 1 oktober was nog een vogel aanwezig op Schiermonnikoog, die op 30 september was ontdekt. Op 2 oktober werd er een ontdekt op de Kwade Hoek (ZH), en die bleef aanwezig tot 8 oktober. Op 12 oktober werd er toch een op geluid vastgesteld, op de telbost bij Bergen aan Zee (NH).
Inmiddels elders
In oktober, de dwaalgastenmaand, worden natuurlijk héél veel dwaalgasten gezien. Die gaan we niet allemaal opnoemen; we doen nu alleen aan cherry picking, het plukken der kersen, en dat heet “selectief winkelen” in het Nederlands. Zo werd deze maand een schier eindeloze lijst Amerikaanse zangvogels vastgesteld in de WP. De eerste Elzenfeetiran voor Ierland werd in Galway ontdekt op 6 oktober. De eerste Canadese Boomklever voor het vasteland van Europa werd gevangen in Aukrug, Sleeswijk-Holstein, Duitsland, op 30 oktober. Er werden al negen Roodoogvireo’s vastgesteld: één op 1 oktober en een volgende op 2 oktober en nog een op 14 oktober in Ierland, ook op 2 oktober één op Utsira in Noorwegen, op 3 en 5 oktober drie op Corvo op de Azoren en op 15 oktober één in Northumberland in Engeland. Dwerglijster en Grijswangdwerglijster werden op dezelfde dag, 2 oktober, vastgesteld in Noorwegen. Van sommige vogels is de Nederlandse naam betrekkelijk discutabel. De Dicksissel is een Amerikaanse zeldzaamheid die in het Engels (“Dickcissel”) vernoemd zou zijn naar het geluid dat de vogel maakt. Je zou toch denken dat de vogel, als die in het Nederlands ook naar zijn geluid wordt vernoemd, Diksissel zou horen te heten. De “c” spreekt de vogel niet overduidelijk uit. Het is ook Kluut, en geen Kluud. Maar goed: een Dicksissel dus, werd gezien op Corvo, Azoren, op 16 oktober en een Roodborstkardinaal zat op 2 oktober op IJsland. De tweede Zanggors voor Zweden werd gevangen bij Högnalöv. Ook in Zweden: een Grijze Junco op 13 oktober. Op 1 oktober was er een Bobolink in Ierland. Baltimoretroepialen werden gezien in Ierland op 1 oktober en op Lundy (UK) op 8 oktober. De eerste voor Frankwijk zat op Ouessant op 5 oktober. Een Bonte Zanger zat op 1 oktober op de Azoren, een Tennesseezanger werd op Skokholm, Wales (UK) vastgesteld op 12 oktober. De eerste Gewone Maskerzanger van Noorwegen werd gemeld op 28 oktober. Op de volgende dag werd dezelfde soort voor het eerst in Zwitserland gezien. Een Amerikaanse Roodstaart zat op 2 oktober op Corvo, Azoren. Je zou denken dat Nederlandse vogelaars niets hebben te zoeken op de Scillies (VK), maar enige mannen uit Katwijk zagen er op 13 oktober toch een die dag ontdekte Sparrenzanger, toch een van de mooiste van allemaal. De vogel bleef zeker tot 28 oktober en betrof het vierde geval voor het VK.
Sparrenzanger Setophaga fusca, Bryer, Scilly-eilanden (VK), 17 oktober (Casper Zuyderduyn)
Gele Zangers werd gezien op de Faeröer eilanden op 7 oktober en van 8 tot 10 oktober zat de eerste voor Denemarken bij Agger, Nordjylland. Om u niet al te zenuwachtig te maken noemen we verder alleen soorten die niét op IJsland of de Azoren zijn gezien, en alleen soorten die uit Amerika (of Canada) komen. Op 6 oktober werd een Amerikaanse Blauwe Kiekendief gezien op Ouessant in Frankrijk. Op 7 oktober zat een Amerikaanse Woudaap op de Shetlands (UK), die niet lang na de ontdekking in gevangenschap het loodje legde. Op 8 oktober werd een Amerikaanse Nachtzwaluw gezien op Ile de Seine, Frankrijk. Een Amerikaanse Watersnip werd gezien op de Scillies (UK) op 14 oktober. Er waren natuurlijk ook allerlei andere dwaalgasten die we graag hadden toegevoegd aan de toch al zo drukke lijst van oktober, zoals de eerstejaars Siberische Lijster die op 1 oktober werd gezien op Shetland, Schotland (UK), en een supergave Roodkeelnachtegaal op 20 oktober. Bruine Genten worden overal gezien, behalve twitchbare in Nederland; nu werden ze gezien op 2 en 5 oktober op Corvo in de Azoren, op 8 oktober bij Cap Griz-Nez in Frankrijk, en op 15 oktober in Spanje. De eerste Armeense Meeuw van Hongarije op 24 oktober zou de meeuwenkenners op alert moeten zetten. Verder houden we erover op, want anders gaan we slecht slapen...
De glazen bol
Na al het geweld dat ons is overkomen -of aangedaan, het is maar hoe je het ziet- in oktober, is het van belang dat we gefocust blijven...! De zuidelijke stromingen van de tweede helft van oktober hebben ons allemaal dwaalgasten gebracht, natuurlijk, maar we moeten ze alleen nog ontdekken. Ze blijven heus nog wel even. Fanatieke vogelaars hebben we daarvoor niet nodig, de meeste zeldzaamheden kunnen tegenwoordig ook door volslagen leken, met behulp van handige gadgets van waarneming.nl worden ontdekt. Dat is deze maand wel gebleken. We wensen iedereen, leken, liefhebbers en fanatiekelingen, weer veel zoekplezier. Naar buiten allemaal...!
We willen alle waarnemers en fotografen hartelijk bedanken voor hun bijdrages aan dit verslag.
We would like to thank all observers and photographers for their contributions to this report.
Wim Wiegant
Discussie
Gebruikers van het forum gaan akkoord met de forumregels.