DB Actueel Online

Op gezette tijden wil de website aandacht besteden aan actuele ornithologische fenomenen. De Nederlandse vogelaars worden (gelukkig maar) nog regelmatig verrast. Door een influx van een bepaalde soort of bepaalde soorten, door een uiterst zeldzame soort waarvan de meeste vogelaars nog niet eens de juiste Nederlandse naam weten, door onverwachte determinatieproblemen en dergelijke. De kracht van dit medium is dat er direct en interactief ingegaan kan worden op deze spannende gebeurtenissen in het veld. Wat is er precies aan de hand? Wat is hier al van bekend? Is er al eerder over geschreven in Dutch Birding? Hoe denkt men in het veld hierover?

Jaaroverzicht 2016

31 december 2016  ·  Wietze Janse, Arnoud van den Berg & Garry Bakker  ·  7812 × bekeken

Het jaar 2016 behoort tot de meest memorabele ooit. Er konden misschien wel zes nieuwe soorten (Roodkeelnachtegaal, Amerikaanse Tafeleend, Roodsnavelkeerkringvogel, Zwartkoprietzanger, Bergheggenmus en Balkankwikstaart) aan de Nederlandse lijst worden toegevoegd en het najaar bracht onder andere nog andere uiterst zeldzame soorten, zoals Grote Kanoet, Forsters Stern, Kroonboszanger, Bruine Lijster en Rosse Waaierstaart. Exclusief enkele claims werden er dit jaar 383 soorten waargenomen. Ze waren niet allemaal twitchbaar maar als er iemand het jaarrecord had willen verbreken, dan had hij dit jaar succesvol kunnen zijn.

Noten vooraf:
- Via de  hyperlinks zijn achterliggende verhalen na te lezen.
- Veel van de genoemde waarnemingen zijn nog niet beoordeeld door de CDNA, dus vermelding hier impliceert niet dat ze worden aanvaard en op de Nederlandse lijst komen. Ook de eerste of laatste waarnemingsdatum kan afwijken.


Vogelaars bij de Bergheggenmus op 21 oktober 2016 (Luuk Punt)

Taigarietgans is een soort die jaarlijks in steeds kleiner aantal en op minder plekken voorkomt; het is daarom niet verrassend dat alleen de vogels op Terschelling FR en in het Hunzedal DR de toets der kritiek doorstonden. Dwergganzen overwinterden weer op de bekende plekken te Oudeland van Strijen ZH (30) en bij Petten NH (26) en her en der werden nog enkele losse exemplaren opgemerkt. Witbuikrotgans, Zwarte Rotgans en Roodhalsgans zijn tegenwoordig de hele winter te vinden, vooral in bekende ganzengebieden. Op 30 juni en 1 juli zwom een mannetje Amerikaanse Smient in eclipskleed bij Deventer OV, maar werd achteraf niet helemaal zuiver bevonden. Een exemplaar op 19 november bij Woerden ZH was ook vermoedelijk een hybride. Op 28 december werd er nog een man gevonden bij Leeuwarden FR. Van 10 tot 18 januari zwom bij Voorst GL een Blauwvleugeltaling. Zoals gebruikelijk werden weer meerdere Amerikaanse Wintertalingen gezien, vaak op bekende plekken als de Biesbosch NB / ZH, Texel NH, Onlanden DR, Sophiapolder ZH en Ezumakeeg FR. Een ongeringde Marmereend bleef van 22 september tot 6 oktober in een natuurgebied bij Tilburg. Op 19 januari bleek dankzij een vraag op het forum van waarneming.nl dat een mannetje Amerikaanse Tafeleend was ontdekt op het Van Starkenborghkanaal bij Aduard GR; indien aanvaard betreft het een nieuwe soort voor Nederland. De vogel werd vaak meerdere dagen achtereen niet gevonden om dan toch weer op het kanaal terug te keren; de laatste meldingen waren op 13 maart en 4 april. Op 13 maart werd een mannetje Ringsnaveleend gevonden bij Wormerland NH en deze bleef in de omgeving tot 2 mei. Een tweede zwom op het Quackjeswater ZH van 17 tot 24 april. Een mannetje Kleine Topper overwinterde tot 5 april bij Den Oever en op de Dijkwielen NH. Een ander exemplaar verbleef bij Andijk NH van 23 januari tot 27 februari. Vanaf 15 november werd nu en dan nog een exemplaar gezien bij Zeewolde FL (vaak samen met een hybride). De Brilzeeëend was dit jaar niet twitchbaar en het bleef bij twee langsvliegers: op 22 maart te Camperduin NH (vrouwtje) en op 19 november bij Rottumerplaat GR. Beide winters zwommen de bekende mannetjes Buffelkopeenden weer op Gaatkensplas, Barendrecht ZH (voor het 14e jaar) en bij Den Oever NH. Nog een exemplaar verbleef van 19 juni tot 9 juli in de Brabantse Biesbosch NB. Naast bekende ontsnapte exemplaren werd vanaf 3 december een onbekend maar mogelijk toch ook geringd vrouwtje Kokardezaagbek twee dagen gezien in de Pampushaven, Almere FL.

Marmereend Marmaronetta angustirostris Marbled Duck, Tilburg NB, 24 september 2016 (Marten Miske)

Amerikaanse Tafeleend Aythya americana Redhead, Noordhorn GR, 7 februari 2016 (Wietze Janse)

Ringsnaveleend Aythya collaris Ring-necked Duck, Wormerland NH, 20 maart 2016 (Remco Been)

Buffelkopeend Bucephala albeola Bufflehead, Den Oever NH, 18 januari 2016 (Jan Gerhardus)

De eerste Vale Pijlstormvogel werd op 31 juli gemeld langs Camperduin NH. Hierna werd de soort met enige regelmaat opgemerkt op verschillende zeetrektelposten, de laatste op 6 november. Er werden enkele Stormvogeltjes langs de kust gemeld, zoals op 15 januari langs Westkapelle ZL, op 4 september langs Camperduin NH, op 29 september langs Texel NH en op 2 oktober weer langs Westkapelle ZL. Op 17 januari was er een heel bijzondere strandvondst op Texel NH. Het betrof een Roodsnavelkeerkringvogel, die hadden we natuurlijk allemaal graag in levende lijve gezien! Wel een nieuwe soort voor Nederland, want een eerdere vondst op het strand van Egmond aan Zee NH op 27 januari 1985 werd niet aanvaard op basis van de onderzochte maaginhoud, die resten bevatte van vissoorten die niet in de Noordzee voorkomen. Met Zwarte Ibis gaat het goed en meerdere exemplaren (soms meer dan 30) zwierven door het gehele land, met vaste plekken in Zuid-Holland en Groningen. Heremietibissen werden gefotografeerd op 30 augustus boven Wageningen GL en op 30 oktober bij Fochteloo FR; ongetwijfeld betrof het gekleurringde exemplaren van één van de herintroductieprojecten in centraal Europa, vermoedelijk dat van Oostenrijk. Het was één van de beste jaren voor Ralreiger met minimaal 15 meldingen uit het gehele land; het vorige topjaar was 2007 met 11. Van 16 tot 19 mei verbleef de eerste bij Afferden GL. Daarna volgden exemplaren op 29 mei te Bovenmeent NH, van 3 tot 11 juni in de Onlanden DR, op 5 juni bij Stellendam ZH, Schiedam ZH en Delfgauw ZH (overtrekkend; misschien dezelfde), van 8 tot 18 juni bij Noorden ZH, van 11 tot 14 juni op het Dwingelerderveld DR, op 11 juni te Mastenbroek OV, op 22 juni bij Swifterbant FL, van 23 tot 25 juni te Dannemeer GR, op 24 juni te Geertruidenberg NB, van 30 juni tot 3 juli op het Bovenwater FL, van 30 juni tot 2 juli te Muiden NH, op 4 juli vliegend over Santpoort-Zuid NH, op 7 juli in het Verdronken Land van Saeftinghe ZL, op 23 juli weer in de Onlanden DR en op 15 augustus bij Zeewolde FL. Koereigers beginnen langzamerhand tot het Nederlandse landschap te horen en werden gedurende het gehele jaar over het gehele land waargenomen, met regelmaat ook in kleine groepjes. Verder werden er dit jaar ook meerdere Roze Pelikanen, een Kleine Pelikaan en Kroeskoppelikanen waargenomen maar ze bleken alle afkomstig uit gevangenschap.

Zwarte Ibis Plegadis falcinellus Glossy Ibis, Rhenen GE, 5 april 2016 (Alex Bos)

Ralreiger Ardeola ralloides Squacco Heron, Knardijk FL, 2 juli 2016 (Karel Mauer)

Koereiger Bubulcus ibis Cattle Egret, Zwanenwater NH, 27 juli 2016 (Eric Menkveld)

Op 4 april verbleef een Grijze Wouw in het Noord-Hollands Duinreservaat, Castricum NH, en mogelijk hetzelfde exemplaar werd op 10 april weer gezien bij Den Oever NH. Daarna werden exemplaren opgemerkt op 10 juni bij Luntershoek ZL, op 23 augustus over de Maashorst NB, op 27 augustus op het Wierdense Veld en Nijverdal OV en van 10 tot 14 september waren er meldingen in de omgeving van het Markiezaat NB. Vermeldenswaard is het paar Visarenden dat in de Brabantse Biesbosch NB twee jongen kreeg, het eerste broedgeval van de soort voor Nederland; het mannetje was in 2012 als nestjong in Duitsland geringd. Op 7 mei werd een groep van 11 Vale Gieren ontdekt bij Breskens ZL die later in de Biesbosch NB en te Zwijndrecht ZH vloog; deze vogels werden tot 8 mei hier en in de omgeving (Ridderkerk, Giessenburg, Brandwijk ZH) gezien, om daarna weer in verschillende richtingen uit te zwerven. Bij IJmuiden NH werd op 19 mei hetzelfde geringde exemplaar gezien als van vorig jaar op Texel NH; ook nu vloog hij langzaam langs de kust noordwaarts om op 21 mei van Den Helder NH over te steken naar Texel. De vogel zwierf hier tot 28 mei rond om dan weer over het Marsdiep richting Den Helder te vliegen en daar tot 31 mei te blijven om vervolgens zijn tocht zuidwaarts te vervolgen via Heiloo NH en Heemstede NH. Op 31 mei werd hij opgemerkt bij Stellendam ZH en daarna tot 3 juni bij Melissant ZH. In de tweede helft van juni vloog er weer eens een Lammergier een rondje door (bijna heel) Nederland, maar ditmaal veelal ongezien. Het betrof een gezenderde tweede-kalenderjaar, genaamd ‘Larzac’, afkomstig van een herintroductieproject uit het zuiden van Frankrijk. Later werd de vogel helaas als draadslachtoffer opgeraapt in Duitsland. Slangenarenden doken weer op de bekende plekken op zoals de Hoge Veluwe GL, Dwingelerderveld DR en Fochteloërveen DR. Naast nog enkele waarnemingen van overtrekkers, zoals een exemplaar op Texel NH op 6 augustus, werd deze soort onder andere ook gezien in het Nationaal Park de Meinweg LB, De Hamert LB, Strabrechtse Heide NB en Asenray LB. De Steppekiekendief is tegenwoordig doortrekker in klein aantal, met 10-tallen meldingen in het voorjaar en meer dan 40 in het najaar, maar heel bijzonder is het voor het tweede achtereenvolgende jaar overwinterende onvolwassen mannetje van de Onlanden DR. De bekende Arendbuizerd van de Maasvlakte bleef in zijn derde winter tot 8 maart en keerde de daaropvolgende winter niet terug. Goed gedocumenteerde Schreeuwarenden vlogen op 5 mei over de Galderse Heide NB en op 11 mei over Kloostertille FR. Op 6 mei vloog een Bastaardarend over Schalkwijk, Houten en Everdingen UT en op 16 oktober veroorzaakte een exemplaar paniek op de Hamert LB. Roodpootvalken lieten zowel dit voorjaar (met 10-tallen locaties uit alle provincies) als dit najaar een leuke piek in waarnemingen zien, mede dankzij de oostenwind die meer vogels dan normaal onze richting uit dreef. Een vermoedelijke eerstejaars Toendraslechtvalk liet zich de eerste maanden van het jaar vaak en langdurig bekijken bij Callantsoog NH. Er waren her en der nog enkele andere claims van deze ondersoort. Eleonora’s Valk werd ook dit jaar weer enkele keren gemeld, maar geen enkele kon goed worden gedocumenteerd. Op voor de soort bekende plekken zongen minimaal vier Kleine Waterhoenders: in de Weerribben OV  (twee; al vanaf 22 april), in de Onlanden DR en bij Buinen DR. Zingende Kleinste Waterhoenders waren weer op zeker zeven plekken met minimaal 13 exemplaren aanwezig, met ook dit jaar een exemplaar in de Brabantse Biesbosch NB. Een vroeg exemplaar werd op 24 april vastgesteld bij Eastermar FR. In het najaar liet een juveniel zich leuk bekijken in de Groene Jonker ZH.

Vale Gier Gyps fulvus Griffon Vulture, Den Helder NH, 29 mei 2016 (Leo Stegeman)

Lammergier Gypaetus barbatus Bearded Vulture, Leuvenhorst GE, 25 juni 2016 (Jaap Denee)


Steppekiekendief
Circus macrourus Pallid Harrier, Maasvlakte ZH, 20 september 2016 (Thomas Luiten)

Bastaardarend Aquila clanga Greater Spotted Eagle, de Hamert LB, 16 oktober 2016 (Patrick Palmen)

Roodpootvalk Falco vespertinus Red-footed Falcon, Ouddorp ZH, 6 mei 2016 (Wietze Janse)

Mogelijke Toendraslechtvalk Falco peregrinus calidus Peregrine Falcon, Callantsoog NH, 3 februari 2016 (Eric Menkveld)

Op 5 april werd de eerste Griel gemeld op Oranjezon, Oostkapelle ZL. Deze werd gevolgd door meerdere exemplaren waarvan enkele lang bleven en zich mooi lieten zien, zoals op Texel NH, Hoog Buurlose Heide GL, Borgharen LB, Strabrechtse Heide NB, Eemshaven GR, Schiermonnikoog FR, Hunzedal DR, Vlissingen ZL, in de omgeving van Homoet, Doorweerth, Heteren en Zetten GL, St Laurens ZL en Kootwijkerzand GL. Een Steppekievit werd op 23 augustus ontdekt bij Lettele OV en bleef tot 28 augustus in de wijde omgeving. Op 4 februari werd een Aziatische Goudplevier gevonden bij Ouddorp ZH; deze vogel bleef tot 20 maart in de omgeving en was weer terug op 6 en 8 december. Andere exemplaren verbleven van 9 tot 10 juli op Vlieland FR, van 20-21 juli op de Slikken van Flakkee ZH, van 22 tot 30 juli op Texel NH, van 4 tot 6 augustus bij Nieuwkoop ZH, op 7 augustus bij Weert NB (overvliegend), op 13 augustus weer op Texel NH, op 21 september bij Franekerdeel FR en van 17 tot 19 oktober bij Zoutelande ZL. Amerikaanse Goudplevieren werden van 17 tot 26 mei gezien op Schiermonnikoog FR, van 18 tot 20 augustus op Texel NH, op 3 september bij Groote Keeten NH en op 27 oktober bij Zijpe OV. Behalve als doortrekker in voor- en najaar was Morinelplevier ook in de winter opvallend goed vertegenwoordigd met gevallen bij Zürich FR, Wieringen NH, Middelburg ZL, Brabantse Biesbosch NB en Ouddorp ZH. Op 14 mei werd kortstondig door enkele waarnemers een Woestijnplevier gezien op Texel NH. Van 20 tot 29 mei was op de kwelders van de Lauwers-/ Emmapolder GR een mogelijke Anatolische present. Poelsnippen werden op enkele plekken opgestoten en kort gezien, maar helaas niet gedocumenteerd met foto’s. Dit jaar waren er drie meldingen van Grote Grijze Snip: op 11 januari (gefotografeerd) ten noorden van Joure FR, op 22 en 23 mei in de Brabantse Biesbosch NB  en van 25 tot 31 mei bij Bleskensgraaf ZH. Kleine Geelpootruiters werden dit voorjaar regelmatig gezien met onder andere twee bij Kerkwerve ZL en twee in de Brabantse Biesbosch NB en eenlingen bij Haastrecht ZH, Oegstgeest ZH, Beningerwaard ZH en Camperduin NH. Het is opvallend dat alle waarnemingen uit de eerste helft van het jaar stammen; daarna werd de soort niet meer gezien. Op 17 mei werd een Terekruiter ontdekt bij Termunten GR; deze verscheen opnieuw in deze omgeving op 22 mei en van 16 tot 19 juli. Een erg mooie ontdekking aan het eind van de middag van 13 mei betrof een Grote Kanoet in zomerkleed op de noordpunt van Texel NH. Enkele snelle mannen konden dezelfde avond nog tijdig aanschuiven maar de 'grote massa' moest wachten tot de volgende dag toen de meesten na spannende uurtjes dit eerste exemplaar sinds 25 jaar pas aan het eind van de dag goed in beeld kregen. De vogel bleef tot 17 mei maar was omdat hij op het wad verbleef en met het tij meetrok, niet altijd even gemakkelijk in beeld te krijgen. In de ochtend van 25 juli kon een Grijze Strandloper op het wad bij Kwade Hoek ZH mooi worden bekeken; in de middag was hij verdwenen. Een Bonapartes Strandloper was op 29 mei kort aanwezig op de Dijksgatweide NH. Van 10 augustus tot 2 september werd een exemplaar met enige regelmaat gezien bij Westhoek FR; op 20 augustus was hij vergezeld door een tweede. Van 24 augustus tot 5 september was er ook nog één op het Dannemeer GR en op 16 en 18 september werd tweemaal een exemplaar waargenomen in de Ezumakeeg FR. Met Bairds Strandlopers leek het dit jaar niet op te kunnen met liefst vijf exemplaren. De eerste werd gevonden bij Termunten GR op 23 juli. De tweede volgde op Texel NH op 11 september, maar werd pas op 16 september weer teruggevonden om tot 17 september te blijven. Van 17 september tot 3 oktober liet een derde zich zien in de Ezumakeeg FR. De vierde verbleef op 17 en 18 September in de Brabantse Biesbosch NB. Op 21 september werd nog kort een exemplaar gezien bij Zuidland ZH. Na enkele wat magere jaren werden Gestreepte Strandlopers weer van meerdere plekken gemeld, met de eerste op 30 april in polder Arkemheen GE en met in het najaar nog zeker 15. Op 11 en 12 mei werd een Steltstrandloper in adult zomerkleed fraai gezien bij Neer LB. Hierna verdween de vogel om op 14 mei op te duiken bij Borculo OV (c 105 km naar het noordoosten), waar hij zich tot 18 mei opnieuw fraai liet bekijken en fotograferen. Opmerkelijk genoeg werd hij een dag later, op 19 mei, nog eens 165 km naar het noordwesten, op Terschelling teruggevonden en mooi gefotografeerd; het betreft het vierde geval. Voor Breedbekstrandlopers was het noordelijke Waddengebied weer de beste plek met alleen al in mei-juni c 26; er waren ook enkele meldingen uit Zuid-Holland en Zeeland. Op 18 mei werd de eerste Blonde Ruiter gemeld bij Den Bosch NB; hierna volgden waarnemingen op 25 en 26 mei bij Emmapolder GR, van 30 juli tot 2 augustus in de Ezumakeeg FR, op 14 augustus bij Zevenboerenpolder GR, op 24 augustus op Texel NH, op 7 september te Zuidland ZH, op 13, 18 en 22 september op Schiermonnikoog FR, op 14 september op de Houtribdijk FL, op 18 september aan de Dollard GR en op 19 oktober in de Ezumakeeg FR. Op 23 augustus werd een foeragerende Steppevorkstaartplevier opgemerkt en gefotografeerd langs de Afsluitdijk bij het Kornwerderzand FR.

Steppekievit Vanellus gregarius Sociable Lapwing, Deventer OV, 26 augustus 2016 (Julian Bosch)

Woestijnplevier Anarhynchus leschenaultii Greater Sand Plover, Emmapolder/Ruidhorn GR, 22 mei 2016 (Lazar Brinkhuizen)

Kleine Geelpootruiter Tringa flavipes Lesser Yellowlegs, Camperduin NH, 11 februari 2016 (Eric Menkveld)

Bonapartes Strandloper Calidris fuscicollis White-rumped Sandpiper, Dannemeer GR, 4 september 2016 (Ipe Weeber)

Bairds Strandloper Calidris bairdii Baird's Sandpiper, Brabantse Biesbosch NB, 17 september 2016 (Hans Gebuis)

Bairds Strandloper Calidris bairdii Baird's Sandpiper, Ezumakeeg FR, 21 september 2016 (Guido Meeuwissen)

Steltstrandloper Calidris himantopus Stilt Sandpiper, Terschelling FR, 20 mei 2016 (Arie Ouwerkerk)

Ook Grote Burgemeesters (zeker 15 exemplaren) en Kleine Burgemeesters (maximaal acht) waren in het winterseizoen op verschillende plekken te zien, met onder andere een terugkerende Kleine in Amsterdam NH. Tweede-kalenderjaar Baltische Mantelmeeuwen werden onder meer gemeld op 13 mei op Texel NH en op 2 juni in de Wieringermeer NH. Een Franklins Meeuw werd op 14 juli gefotografeerd bij Broekhuizen LB; helaas was de vogel alweer snel verdwenen. Lachsterns lijken tegenwoordig een vaste zomerplek in Groningen te hebben, naast de al langer bekende plaatsen in Noord-Holland; in beide provincies werden meerdere paren met jongen waargenomen. Op 29 juli werd een slaapplaats gevonden op de Dollardkwelders GR, waar 32 vogels (waaronder 12 juveniele) de nacht doorbrachten. Op de traditionele slaapplaats op het Balgzand NH werden er op 12 augustus maximaal 19 geteld (waaronder 7 juveniele). Op drie avonden werden slaapplaatstellingen van Reuzensterns georganiseerd; het hoogste aantal werd geteld op 26 augustus en betrof 142, waarvan 84 langs de Friese IJsselmeerkust  (2013 is met 153 tot nu toe het beste jaar). Een mooie waarneming was die van een adulte Dougalls Stern op 2 en 3 mei in de kolonie van Grote Sterns op de Volharding, Texel NH. Op 4 augustus werd op Texel NH een geringde Dougalls dood gevonden; de vogel was in 2014 geringd op Coquet Island, Northumberland, Engeland. Op 10 april werd een Forsters Stern ontdekt op Utopia, Texel NH; deze bleef tot 6 mei en werd nu en dan bij de sternkolonies op het Wagejot, Utopia of de Volharding gezien. In voor- en najaar werden Witwangsterns en Witvleugelsterns op doortrek onder meer bij Leeuwarden FR en Brabantse Biesbosch NB gezien; meerdere paren Witwangsterns broedden dit jaar met succes op het Dannemeer GR. De bekende Zwarte Zeekoeten van Neeltje Jans ZL en Brouwersdam ZH bleven tot in april-mei en er waren later in het jaar meerdere langstrekkende exemplaren.

Kleine Burgemeester Larus glaucoides Iceland Gull, Amsterdam NH, 4 december 2016 (Wietze Janse)

Lachstern Gelochelidon nilotica Gull-billed Tern, Alteveer GR, 3 augustus 2016 (Ipe Weeber)


Dougalls Stern
Sterna dougallii Roseate Tern, Texel NH, 2 mei 2016 (Luuk Punt)

Forsters Stern Sterna forsteri Forster's Tern, Texel NH, 12 april 2016 (Jaap Denee)

Een Dwerguil bevond zich van 2 april tot 6 juni op een stil gehouden locatie in de Groote Peel NB. Een Oosterse Tortel werd op 30 oktober gevangen en geringd op Vlieland FR en de ochtend daarop nog kort door de ringers gezien. Op 27 maart verbleef een vroege Alpengierzwaluw bij Westkapelle ZL. Op 20 juli werd een exemplaar mooi gedocumenteerd op Texel NH en op 1 oktober vloog er één over trektelpost Hazewater bij Leusden UT. Bijeneters werden in voor- en najaar met regelmaat waargenomen, waaronder ook grote groepen op trek; ten minste 150 werden er in het voorjaar gemeld. Ook hebben weer meerdere paren dit jaar gebroed. Hoppen werden met name in het trekseizoen geregeld gezien met meer dan 15 in het voorjaar en een handvol in zomer en najaar.

Alpengierzwaluw Apus melba Alpine Swift, Westkapelle ZL, 1 april 2016 (Paul van Tuil)

Bijeneter Merops apiaster European Bee-eater, Vrouwenpolder ZL, 19 juni 2016 (Wietze Janse)

Hop Upupa epops Eurasian Hoopoe, Twello GE, 30 april 2016 (Jaap Denee)

Een Daurische Klauwier verbleef op 22 oktober bij Everdingen UT. Dankzij Facebook-foto's bleek een ander exemplaar op 5 oktober aanwezig bij Egmond aan Zee NH. Liefst negen Roodkopklauwieren werden in mei en juni gemeld van diverse plekken; leuk waren twee juveniele in augustus en oktober. Een echte invasie van Notenkrakers wilde weer niet op gang komen; het bleef dit jaar bij een handjevol meldingen van langsvliegende en een dood gevonden exemplaar. In het begin van het jaar was hier en daar nog een handjevol Pestvogels aanwezig, maar daar bleef het bij. In het najaar kwam er echter weer een leuke invasie op gang met een paar grote groepen (zoals bij IJmuiden NH meer dan 40). Op 1 mei was er een melding van een Kuifleeuwerik op de Boschplaat, Terschelling FR, en daar bleef het helaas bij. Er waren meerdere waarnemingen van Kortteenleeuwerik maar de meeste betroffen overtrekkende of kort aanwezige exemplaren, zoals op 6, 7 en 8 mei (twee) trekkende langs de telpost Noordkaap GR, op 6 mei (twee) en 7 mei (één) langs Ouddorp ZH, op 7 mei langs Ruinen DR, op 8 mei langs Breskens ZL, Ruidhorn GR en Camperduin NH, op 10 mei langs de Eemshaven GR, op 19 mei over de Afsluitdijk NH, op 12 juni op Vlieland FR, op 12 september op Texel NH en op 17 september op de Maasvlakte ZH. Ten minste 12 Roodstuitzwaluwen werden in het voorjaar langs trektelposten gezien; in het najaar werden er drie gemeld.

Daurische Klauwier Lanius isabellinus Daurian Shrike , Everdingen GE, 22 oktober 2016 (Alex Bos)

Roodkopklauwier Lanius senator Woodchat Shrike, Oostvoorne ZH, 10 oktober 2016 (Dave van der Spoel)

Pestvogel Bombycilla garrulus Bohemian Waxwing, IJmuiden NH, 5 november 2016 (Wietze Janse)

Roodstuitzwaluw Cecropis daurica Red-rumped Swallow, Breskens ZL, 5 mei 2016 (Arjan Boele)

Iberische Tjiftjaffen zongen weer op meerdere plekken en er was een (gemengd) broedgeval bij Enschede OV, waar de oudervogel tot 10 september bleef. Het meest bezocht werd een exemplaar in Den Haag ZH. Andere zongen op Texel NH, in Rotterdam ZH, te Hattum GL en op Rottumeroog GR. Er was bovendien op 1 mei een vangst in De Kennemerduinen bij Bloemendaal NH. Nu de roep en kenmerken beter bekend zijn is het aantal meldingen van Siberische Tjiftjaf snel toegenomen. Op 6 juli was een zingende Bergfluiter kort aanwezig bij de trektelpost van Maarn UT. Voor Bruine Boszanger was het een erg goed jaar met eerst een overwinteraar in januari-februari bij Enschede OV; verder waren er liefst 22 meldingen in het najaar, waarvan in totaal zeven op Vlieland FR, naast waarnemingen op Schiermonnikoog FR, Texel NH, Hondsbossche Zeewering NH, Den Haag ZH, ’s-Gravenzande ZH en Maasvlakte ZH, en vangsten te Westenschouwen ZL, Meijendel ZH, Ooypolder GL, Vlieland FR, Weert LB en AW-duinen NH. De eerste Raddes Boszanger werd op 2 oktober aangetroffen langs het Oostvoornse Meer ZH; hierna volgden waarnemingen op 3 oktober op Schiermonnikoog FR en Texel NH, op 9 oktober op Texel NH en op 12 en 14 oktober (vangsten) bij Castricum NH. De eerste Pallas’ Boszanger werd op 3 oktober op Texel opgemerkt; hierna volgden in oktober-november langs de Noordzeekust nog wat meer waarnemingen en ook vangsten. Op 17 september werd een Noordse Boszanger ontdekt tijdens een van de DT-weekenden op Vlieland FR, een ander exemplaar werd op 4 oktober gezien in Rijswijk ZH. Bladkoningen zijn tegenwoordig in het najaar algemeen te noemen en dit jaar waren er misschien wel meer dan ooit, met 10-tallen langs de kust maar ook meerdere in het binnenland. Extra leuk waren overwinteraars in Gouda ZH en bij Utrecht UT. Op 3 januari werd een Humes Bladkoning gevonden bij Cadzand-Bad ZL; deze werd tot 28 januari gehoord en gezien. De eerste dit najaar werd gezien op Rottumerplaat GR van 14 tot 16 oktober; daarna volgden exemplaren op Vlieland FR, Kornwerderzand FR, Meijendel ZH, Terschelling FR, Maasdam NH, Vinkel NB, Huttenheugte DR en Noordwijkerhout ZH. Grauwe Fitissen zongen op 8 mei in NP De Hoge Veluwe GL en op 26 mei in Hoogwoud NH. Op 29 augustus werden er onder meer nog zeker twee opgemerkt op Vlieland FR. De zoveelste superzeldzame soort betrof de tweede Kroonboszanger voor Nederland, die op 21 oktober werd gevangen in het Noord-Hollands Duinreservaat bij Castricum NH. Na het loslaten was de vogel nog tot 23 oktober twitchbaar en konden vele vogelaars die ooit de eerste hadden gemist aanschuiven voor een mooie inhaler.

Iberische Tjiftjaf Phylloscopus ibericus Iberian Chiffchaff, Rotterdam ZH, 13 april 2016 (Garry Bakker)

Bruine Boszanger Phylloscopus fuscatus Dusky Warbler, Meijendel ZH, 16 oktober 2016 (Vincent van der Spek)

Raddes Boszanger Phylloscopus schwarzi  Radde's Warbler, Schiermonnikoog FR, 3 oktober 2016 (Alwin van Lubeck)


Pallas Boszanger
Phylloscopus proregulus Pallas's Leaf Warbler, Noordwijkerhout ZH, 31 oktober 2016 (Rob Halff)

Bladkoning Phylloscopus inornatus Yellow-browed Warbler, Gouda ZH, 11 maart 2016 (Wim van Zwieten)

Humes Bladkoning Phylloscopus humei  Hume's Leaf Warbler, Rottumerplaat GR, 15 oktober 2016 (Marnix Jonker)

Kroonboszanger Phylloscopus coronatus Eastern Crowned Warbler, Castricum NH, 21 oktober 2016 (Jan Visser)

Kroonboszanger Phylloscopus coronatus Eastern Crowned Warbler, Castricum NH, 23 oktober 2016 (Jaap Denee)

Op 4 oktober zorgde een melding van een mogelijke Kleine Sprinkhaanzanger voor heel wat toeloop, opschudding en discussie. Uiteindelijk moest de vogel toch als een niet eens zo gek afwijkende Sprinkhaanzanger worden gedetermineerd waarover het laatste oordeel zal volgen na DNA-onderzoek. De Zwartkoprietzanger die op 21 april werd gevangen op de ringbaan van Ooyse Graaf GL was de eerste voor Nederland. Later in de avond werd de zang van de vogel gehoord, reden om de volgende dag te gaan luisteren. Vogelaars moesten op afstand blijven en mochten het gebied niet betreden maar de vogel was desondanks vanaf de weg op 100 m afstand toch goed te horen, zeker met behulp van één van de op de eerste dag aanwezige parabolen, en enkele gelukkigen kregen hem zelfs nog even in de telescoop te zien. De laatste zekere geluidsopname dateert van 28 april en hij zou op 1 mei voor het laatst zijn gehoord. Waterrietzangers trokken in het najaar weer door in klein aantal met ook enkele waarnemingen en vangsten in het binnenland. In het voorjaar werd op 8 juni een Veldrietzanger geringd op de ringbaan in de AW-duinen NH, later in de nazomer werd op 28 augustus eerst een exemplaar kort gezien op de Eemshaven en daarna werd op 31 augustus nog een exemplaar geringd in Wormerland NH. Van 3 tot 5 november was een exemplaar aanwezig in het Zwanenwater NH, helaas in verboden gebied en niet twitchbaar voor het grote publiek. Een Struikrietzanger zong van 7 tot 11 juni op de noordpunt van Texel NH. Op 17 september werd een exemplaar gehoord, af en toe gezien en gefotografeerd op Vlieland FR. Op 8 september was er een vangst bij Castricum NH. Ook dit jaar werden er weer enkele zingende Orpheusspotvogels gevonden in Noord-Brabant en Limburg maar de Nederlandse populatie blijft klein. Op 12 mei was er nog een vangst bij Castricum NH. Een Kleine Spotvogel werd op 6 september ontdekt op de Maasvlakte ZH, gevolgd door vangsten op 10 september bij Castricum NH en het Zwanenwater NH. Op 18 september werd nog een mogelijk exemplaar op de Maasvlakte ZH gezien. De eerste  Krekelzanger dit voorjaar zong op 21 mei op Ameland FR; hierna zongen exemplaren op 23 mei bij Schiedam ZH, van 24 mei tot 1 juni bij Vlaardingen ZH en op 25 en 26 mei op het Aamsveen OV. Graszangers zijn na hun laatste terugval nog steeds niet algemeen te noemen maar toch was er enig herstel zichtbaar buiten Zeeuws-Vlaanderen met onder meer waarnemingen bij Maassluis ZH, Sliedrecht ZH, Ridderkerk ZH, Dijksgatweide NH, Ritthem ZL, Groesbeek GL, Engbertsdijkvenen OV en Castelree NB.

Zwartkoprietzanger Acrocephalus melanopogon Moustached Warbler, Ooijsche Graaf GE, 21 april 2016 (Harvey van Diek)

Veldrietzanger Acrocephalus agricola Paddyfield Warbler, Wormerland NH, 31 augustus 2016 (Jan van der Geld)

Struikrietzanger Acrocephalus dumetorum Blyth's Reed Warbler, Texel NH, 8 juni 2016 (jos van den Berg)


Orpheusspotvogel
Hippolais polyglotta Melodious Warbler, Mill LB, 10 juni 2016 (Wim van Zwieten)

Kleine Spotvogel Iduna caligata Booted Warbler, Maasvlakte, 6 september 2016 (Rob Halff)

Krekelzanger Locustella fluviatilis River Warbler, Vlaardingen ZH, 26 mei 2016 (Luuk Punt)

Graszanger Cisticola juncidis Zitting Cisticola, Groesbeek GE, 5 augustus 2016 (Wim van Zwieten)

Sperwergrasmussen werden misschien iets minder dan de laatste jaren weer in het najaar waargenomen, met late gevallen op 18 oktober op Vlieland FR en op 31 oktober op de Eemshaven GR. Erg leuk voor de tijd van het jaar was een vangst van een tweede-kalenderjaar mannetje op 29 mei bij Castricum NH. Van 22 tot 28 oktober kon met enige inspanning een (Atlantische) Provençaalse Grasmus worden gezien op de Maasvlakte ZH. Op 3 en 4 mei was een tweede-kalenderjaar mannetje  Balkanbaardgrasmus present op de Schiermonnikoog FR. Van 14 tot 18 april zong en riep een Westelijke Baardgrasmus in Wageningen GL; hij was mooi te fotograferen. Andere Westelijke/Balkanbaardgrasmussen verbleven op 8 mei in het Zwanenwater NH (vrouwtje; vangst) en op 17 mei bij Julianadorp NH. Een Kleine Zwartkop werd op 6 juli gemeld bij Cadzand ZL maar hij kon helaas niet meer worden teruggevonden. In beide winterseizoenen waren er enkele vermoedelijke Siberische Braamsluipers aanwezig, onder meer op een geheim gehouden plek in Zuid Holland, te Heinenoord ZH, bij Camperduin NH, te Katwijk ZH en op Vlieland NH. Op 12 september werd een door een DNA-analyse bevestigde Siberische Braamsluiper geringd bij Castricum NH. Van een vermoedelijke Vale Braamsluiper te Ouddorp ZH van 22 tot 31 oktober werden faeces en geluid verzameld.

Sperwergrasmus Sylvia nisoria Barred Warbler, Castricum NH, 29 mei 2016 (Leo Heemskerk)

Provençaalse Grasmus Sylvia undata Dartford Warbler, Maasvlakte ZH, 28 oktober 2016 (Maarten Hotting)

Balkanbaardgrasmus Sylvia cantillans Eastern Subalpine Warbler, Schiermonnikoog FR, 4 mei 2016 (Marcel Stienstra)

Westelijke Baardgrasmus Sylvia inornata Western Subalpine Warbler, Wageningen GE, 18 april 2106 (Tammo Meijer)


In het voorjaar werden maar een enkele adulte Roze Spreeuwen opgemerkt in Noord Holland. (Sub)adulte vogels werden op 29 mei gezien bij Egmond aan Zee NH en kort bij Den Oever NH. Op 17 juli en 13 augustus was er nog een adulte op Texel NH; daarna volgde een najaar met meerdere juveniele op de Waddeneilanden en langs de Noordzeekust van het vasteland.

Roze Spreeuw Pastor roseus Rosy Starling, Texel, 5 oktober 2016 (Eric Menkveld)

Op 26 september kwam een foto van een dode Goudlijster tevoorschijn; deze had zich doodgevlogen tegen een raam in Julianadorp NH. Daarna volgde nog een opgezet exemplaar die in november 2011 in Drachten FR tegen het raam zou zijn gevlogen. Een nog veel zeldzamere lijster die hetzelfde lot onderging was een Bruine Lijster in Beijum, Groningen GR. Hij werd in de middag van 8 november ontdekt, voor het eerst gefotografeerd en door een aantal plaatselijke vogelaars gezien. De volgende ochtend werd de vogel in de vroege ochtend een aantal keren door meer dan 100 toegestroomde vogelaars gezien maar na 10:00  werd het stil, op een waarneming van een enkele vogelaar in de avondschemering na. Op 11 oktober werd de vogel door een kat een huis binnengebracht; hij had zich waarschijnlijk doodgevlogen tegen een raam. Inmiddels ligt de dode vogel in museum Naturalis in Leiden ZH.

Goudlijster Zoothera aurea White's Thrush, Julianadorp NH, 26 september 2016 (G.J. Ablen)

Bruine Lijster Turdus eunomus Dusky Thrush, Beijum GR, 8 november 2016 (Jos Welbedacht)

Op 15 januari werd misschien wel de beste soort van het jaar dankzij Facebook gevonden: foto’s lieten een Roodkeelnachtegaal in een tuin in Hoogwoud NH zien. Na enig speurwerk werd de tuin gevonden, maar de vogel werd pas in de avondschemering door enkele vogelaars waargenomen. Gelukkig kon een bezoekregeling met de eigenaar van de tuin tot stand worden gebracht en zo konden de volgende dag in groepen van 10 alle 100en toegestroomde vogelaars vanuit diens woonkamer genieten van de vogel. Later werd wat duidelijker waar de vogel zich gedurende de dag het liefst ophield en toen hij ook nog eens regelmatig zacht begon te zingen was hij ook vanaf het openbare pad vrij makkelijk terug te vinden. De vogel kreeg niet alleen uit Nederland veel belangstelling maar ook vanuit het soms opmerkelijk verre buitenland. Hij werd voor het laatst gezien op 12 april. Op 9 mei werd een Noordse Nachtegaal gevangen op de ringbaan van Castricum NH. Op 11 mei zong een exemplaar bij de Beneden Regge OV en van 15 tot 17 mei in de Rijnstrangen GL. Op 22 mei werd de zang van de soort opgenomen in het Zuidlaardermeergebied GR. In het najaar waren er nog twee vangsten: op 25 augustus op Texel NH en op 28 augustus weer op de ringbaan van Castricum NH. Een zingend mannetje Roodsterblauwborst werd op 12 juni gemeld bij Oosterend, Terschelling FR.  Op 15 oktober, tijdens het Dutch Birding Weekend op Texel NH, werd een Blauwstaart gevonden die door 100en vogelaars, met enig geduld, goed kon worden bekeken; hij bleef hier tot 18 oktober. Een tweede dit najaar verbleef op 12-14 november in een tuin bij Edam NH maar werd op verzoek van de eigenaar stil gehouden. Op 5 december werd via Facebook een derde gedetermineerd bij Katwijk/Noordwijk ZH; deze bleek vroeg in de ochtend van 6 december nog aanwezig en toonde zich gedurende de gehele dag fraai aan toegestroomde vogelaars, zo tam als een Roodborst. De dag erna was hij echter niet meer terug te vinden. Ook werden er dit jaar drie mannetjes Oostelijke Zwarte Roodstaarten gezien: op 4 en 5 november op Vlieland FR, van 5 tot 9 november op Terschelling FR en op 7 november op de Maasvlakte ZH. Een mogelijke vogel werd rond kerst met helaas te vage foto's op Facebook gezet en kon toen de plek bekend werd niet meer worden teruggevonden. Een Aziatische Roodborsttapuit werd op 6 oktober gevonden op Terschelling FR en bleef tot 12 oktober. Een Stejnegers Roodborsttapuit werd op 9 oktober gevangen op de ringbaan van Vlieland FR (maar het is nog wachten op een DNA-analyse voor de bevestiging van de determinatie). Op 25 oktober werd bij het checken van gorzen op een akker nabij Veere ZL een Izabeltapuit gevonden. Een Bonte Tapuit werd op 20 oktober gefotografeerd op de Slufter van Texel NH; helaas kon de vogel korte tijd later niet meer worden teruggevonden. Op 15 oktober was een Woestijntapuit op de kop van Texel NH goed twitchbaar voor de op het Dutch Birding Weekend aanwezige publiek. Een tweede was op 6 november ook op de noordpunt van Texel NH aanwezig. Van 19 tot 22 mei was een Rode Rotslijster goed twitchbaar bij Zelhem GL. Op 18 mei zong een eerstezomer Kleine Vliegenvanger op Texel NH. In het najaar werd van deze soort weer voornamelijk langs de Noordzeekust een aantal jonge exemplaren gezien. Een uitzonderlijk goede ontdekking betrof de tweede Westelijke Rosse Waaierstaart van 20 tot 24 september op de Maasvlakte ZH. De vogel liet zich vaak fraai bekijken maar over zijn gezondheid werd getwijfeld omdat hij vaak slapend in het gras was te zien.

Roodkeelnachtegaal Calliope calliope Siberian Rubythroat, Hoogwoud NH, 1 maart 2016 (Maurits Martens)

Blauwstaart Tarsiger cyanurus Red-flanked Bluetail, Texel NH, 17 oktober 2016 (Mattias Hofstede)

Blauwstaart Tarsiger cyanurus Red-flanked Bluetail, Wassenaar ZH, 6 december 2016 (Wietze Janse)

Stejnegers Roodborsttapuit Saxicola stejnegeri Stejneger's Stonechat, Vlieland FR, 9 oktober 2016 (Folkert Jan Hoogstra)

Izabeltapuit Oenanthe isabellina Isabelline Wheatear, Veere ZL, 25 oktober 2016 (H. van der Veen)

Woestijntapuit Oenanthe deserti Desert Wheatear, Texel NH, 6 november 2016 (Eric Menkveld)

Rode Rotslijster Monticola saxatilis Common Rock Thrush, Zelhem GE, 21 mei 2016 (Ipe Weeber)

Rosse Waaierstaart Cercotrichas galactotes Rufous-tailed Scrub Robin, Maasvlakte ZH, 20 september 2016 (Jorrit Vlot)


Voor de Waterspreeuw was het een goed jaar met een handvol lang verblijvende vogels (zoals die in de AW-duinen bij Zandvoort NH en bij Zutphen GL) maar ook een leuke waarneming op Vlieland FR. Het waren alle Zwartbuikwaterspreeuwen maar in Zuid-Limburg werden ook enkele keren Roodbuikwaterspreeuwen gezien. Mooi was een waarneming van een Alpenheggenmus op 5 april in Meijendel ZH; deze bevond zich weliswaar in verboden gebied maar kon toch worden bekeken omdat de eigenaar een aantal excursies toestond. De vogel werd voor het laatst in de ochtend van 6 april gezien. Op 14 april werd een tweede gevonden in het Noord-Hollands Duinreservaat NH en op 5 en 6 mei verbleef een derde op Vlieland FR. Misschien wel de klapper van het jaar was de vondst van een Bergheggenmus op 21 oktober op de Maasvlakte ZH. Met een mooie influx in Scandinavië, het noordoosten van Brittannië en landen rond de Baltische Zee, ontstond de hoop dat er ook eentje wat verder naar het zuiden zou doorvliegen, en dat gebeurde. Na de ontdekking was de vogel eerst enige uren uit beeld maar hij werd gelukkig aan het eind van de ochtend weer teruggevonden, waarna hij zich de gehele middag goed liet zien aan het toegestroomde publiek.

Zwartbuikwaterspreeuw Cinclus cinclus cinclus Black-bellied Dipper, Vlieland FR, 22 oktober 2016 (Wietze Janse)

Alpenheggenmus Prunella collaris Alpine Accentor, Meijendel ZH, 5 april 2016 (Vincent van der Spek)

Bergheggenmus Prunella montanella Siberian Accentor, Maasvlakte, 21 oktober 2016 (Frank Dröge)

Een Balkankwikstaart werd op 30 april gevonden op Texel NH en dankzij foto’s en een geluidsopname met zekerheid gedetermineerd. De vogel werd onregelmatig gezien in het plasdrasgebied van de Nederlanden en voor het laatst met zekerheid op 4 mei waargenomen. Verder werd de soort zoals gebruikelijk wel vaker doorgegeven, zoals bij Buggenum LB, maar dan werd het geluid niet opgenomen zodat een Noordse Kwikstaart niet kon worden uitgesloten. De eerste Citroenkwikstaart van het jaar werd op 20 april gezien bij Castricum NH, de tweede werd gefotografeerd op 23 april bij Strijensas ZH en op 29 april was de volgende in de Overbetuwe GE. Van 20 tot 24 augustus verbleef een juveniele in de Lauwersmeer FR. Grote Piepers werden weer vaak als doortrekker in het najaar gemeld en Duinpiepers werd zowel in voor- als najaar geregeld opgemerkt. Hetzelfde geldt voor Roodkeelpiepers. Met geluidsopnameapparatuur worden overtrekkende Siberische Boompiepers tegenwoordig gemakkelijk gedetermineerd. Een klein aantal werd aan de grond gezien, zoals op 8, 9, 14 en 16 oktober op Vlieland FR, op 9 oktober op Ameland FR, op 11 oktober op de Maasvlakte ZH en op 16 oktober op Schiermonnikoog FR.

Balkankwikstaart Motacilla feldegg Black-headed Wagtail, Texel NH, 3 mei 2016 (Rene van Rossum)

Citroenkwikstaart Motacilla citreola Western Citrine Wagtail, Lauwersmeer GR, 20 augustus 2016 (Ipe Weeber)

Op 27 november kwam de eerste melding van een Witstuitbarmsijs op Texel NH, later gevolgd door mogelijk twee op 4 december, helaas alle kortdurende waarnemingen. Roodmussen zongen in het voorjaar weer op meerdere plekken langs de kust en ook in het najaar werden aardig wat jonge vogels waargenomen, voornamelijk op de Waddeneilanden. Het werd een uitstekend jaar voor Witkopgorzen. In het begin van het jaar liet het overwinterende vrouwtje van Wilhelminadorp ZL zich nog tot 14 maart zien maar in het najaar ontstond een ware influx. Zo was er een mogelijk exemplaar op 17 oktober op Texel NH, enkele (c vier) op Vlieland FR van 19 tot 23 oktober, opnieuw één op Texel op 22 oktober, een mogelijke op 23 oktober bij IJmuiden NH, één op 24 oktober bij Vrouwenpolder ZL, één van 25 tot 30 oktober bij de Hondsbossche Zeewering NH (karakteristieke roepjes opgenomen), één op 27 oktober bij het Kornwerderzand FR, één op 30 oktober te Westenschouwen ZL, op 23 en kort op 24 november een vrouwtje op het strand van IJmuiden NH (karakteristieke roepjes opgenomen), van 28 november tot minstens 3 december met tussenpozen één bij Wolfheze GL en van 10 tot 18 december bij Lieshout NB. Vanaf 18 december verbleef een mannetje op Texel NH en via internet werd een vogel  bekend van Puth LB op 17 december. De laatste 2-3 exemplaren werden op 30/31 december gevonden bij Zuidbroek GR. Ortolaan was zoals altijd een schaarse doortrekker in voor- en najaar. Dwerggors is tegenwoordig minder zeldzaam dan vroeger en een doortrekker in klein aantal langs de kust met regelmatig enkele overwintaars, zoals bij Battenoord ZH, Wijnjewoude FR en Noordwijk ZH. De meeste Bosgorzen dit jaar betroffen roepende en vliegende doortrekkers; op 18 september liet een exemplaar zich mooi door veel waarnemers bekijken op Vlieland FR. Van 3 tot 5 september werd een eerste-winter Zwartkopgors bij Ridderkerk ZH door veel waarnemers bezocht.

Roodmus Erythrina erythrina Common Rosefinch, Oostvoorne ZH, 27 mei 2016 (Wietze Janse)

Witkopgors Emberiza leucocephalos Pine Bunting, Wilhelminadorp ZL, 27 januari 2016 (John Breugelmans)

Witkopgors Emberiza leucocephalos Pine Bunting, Wolfheze GE, 28 november 2016 (Thijs Glasstra)


Witkopgors Emberiza leucocephalos Pine Bunting, Vlieland FR, 21 oktober 2016 (Wietze Janse

Witkopgors Emberiza leucocephalos Pine Bunting, Texel NH, 19 december 2016 (Eric Menkveld)

Dwerggors Emberiza pusilla Little Bunting, Noordwijk ZH, 4 december 2016 (Wietze Janse)

Zwartkopgors Emberiza melanocephala Black-headed Bunting, Ridderkerk ZH, 3 september 2016 (Hans Tetteroo)

Jaarlijsters

Hoewel er geen verwoede pogingen tot verbreken van records werden gedaan, is er altijd een aantal mensen met een jaarlijst bezig. Hieronder een overzicht van waarneming.nl van vogelaars met 300+ soorten in 2016, maar er zijn er zeker meer:



Vogelaars op de dijk bij de Zwartkoprietzanger (Martijn Verdoes)


Big Day

Ook werd er weer een ultieme poging gedaan om het Big Day record te verbreken en dat werd dit jaar verpulverd! Het team van Folkert Jan Hoogstra, Willem Bosma, Theo van Veenendaal, Gijs Baller en Jeroen Breidenbach kwam op 13 mei uit op 201 soorten (exclusief Fazant, Nijlgans en Halsbandparkiet) en verbrak daarmee ruim het oude (ook al schitterende) record van 190.

Het hele verhaal is hier na te lezen.


Wie krijgt de Westelijke Baardgrasmus het mooist in beeld? (Luuk Punt)

Ranking

Naast mogelijk drie nieuwe  soorten die twitchbaar waren, konden we ook dit jaar een heel aantal inhalers noteren. In de ranking is weinig veranderd (zie hieronder), waarbij vermeld dat er nog meer dan vijf soorten officieel aanvaard moeten worden en dus nog niet meetellen.


De gehele ranking is hier te vinden.


Soms moest je er wat voor over hebben om de Roodkeelnachtegaal te zien of te fotograferen (Mart Janse)


Big Year Arjan Dwarshuis

Arjan Dwarshuis deed in 2016 een ultieme poging om het zien van zoveel mogelijk soorten in één jaar wereldwijd te verbeteren.
Het voorlopig aantal staat per 31 december op 6833, maar dat zal de komende dagen nog exact bepaald worden. Een ongekende prestatie waarmee hij het oude, ook al niet misselijke, record van Noah Strycker uit 2015 van 6042 soorten, dik heeft verbeterd (ook in acht nemend dat beide een verschillende vogellijst gebruikten, Noah de lijst van Clements t.o.v. Arjan de IOC soortenlijst, waarin de laatste meer soorten zijn gesplitst). Arjans complete jaarlijst is hier te vinden.
Een belangrijke 'drive' om deze uitdaging aan te gaan was om via fondswerving en crowdfunding geld op te halen voor vogelbeschermingsprojecten om het uitsterven van (vogel)soorten te voorkomen. U kunt hier in 2017 nog steeds aan bijdragen en doneren via https://www.justgiving.com/fundraising/Biggest-Year.

Arjan Dwarshuis begint zijn Big Year in Nederland en scoort hier de Witkopgors (Vincent van der Spek)

De landen die Arjan in 2016 bezocht heeft voor zijn record.




2017
Dutch Birding wenst u allen een mooi en vogelrijk 2017!

Discussie

Max Berlijn  ·  31 december 2016  17:53

Mooi gedaan!

Luuk Punt  ·  31 december 2016  18:09

Prachtig jaaroverzicht, Wietze! Heerlijk om op Oudjaarsdag dit vogeljaar nog eens de revue te laten passeren!

David Uit de Weerd  ·  31 december 2016  18:15

Top gedaan!

De Smient van Deventer was al op 30-06 aanwezig en bleek achteraf tenminste hybride invloeden van Chileense Smient te hebben.

Julian Bosch  ·  31 december 2016  18:28, gewijzigd 31 december 2016  18:30

Mooi! De Roze Spreeuw bij Barneveld was echter in 2015... ;)

Wietze Janse  ·  31 december 2016  19:14, gewijzigd 31 december 2016  19:14

Foutjes verbeter ik gelijk, soms gaan al die cijfertjes voor je springen. Die Roze Spreeuw is een erge, bedankt :-(

Edwin Schuller  ·  31 december 2016  19:37, gewijzigd 2 januari 2017  10:14

Am.Smient v. Woerden is al als 100% Chileen x Nogiets afgedaan. Het getal 'drie' in het stukje 'Ranking' klopt volgens mij niet. Verder topoverzicht!

Bas van der Burg  ·  1 januari 2017  14:48

Mooi overzicht Wietze, Arnoud en Garry. Klein puntje nog: in het eerste stukje staat alleen dat het najaar enkele zeldzame soorten bracht zoals Forsters Stern en Grote Kanoet. Maar beiden werden gezien in het voorjaar.

Robert Keizer  ·  2 januari 2017  12:20

Top! Leuk overzicht. Ook van mij nog paar kleine puntjes. Daurische klauwier Everdingen is helaas provincie Utrecht (geen Gelderland) scheelde maar een paar 100 meter...

En Oostelijke  Zwarte Roodstaart Terschelling was november en niet september. 

Martin Prins  ·  2 januari 2017  13:35

Ongetwijfeld zat de schrijver met zijn gedachten ergens anders, maar de mogelijke Siberische Braamsluiper zat niet bij Heinekensoord, maar bij Heinenoord!

Wietze Janse  ·  2 januari 2017  14:40

Heren, bedankt, aangepast. Dat van Everdingen/Utrecht had ik nog nagekeken en gewijzigd, zal ergens in het hele werk weer teruggezet zijn ;-)

Otto L. de Vries  ·  5 januari 2017  19:42

Heel mooi werk geleverd .

Edwin Russer  ·  7 januari 2017  16:47

Gebruikers van het forum gaan akkoord met de forumregels.

Feedback?