Atlantic vs. Pacific: twee Odysseys, één blog
Atlantic: Ascension
29 april 2011 · 5652 × bekeken
27 april
Afgelopen maandag is de groep gesplitst, een deel zwerft verder over de Atlantische Oceaan en ons groepje wacht op Ascension op een vliegtuig terug. Ascension is geen straf. Een vulkanische puist midden in een onafzienbare oceaan, met een landschap van dorre lavabergen en een groene top. In de half-woestijn op de lavabergen staan de struiken er frisgroen bij vanwege de recente zware regenval. De ochtend begint net als de vorigen op Long Beach, bij de schildpadden (Green Turtle). Vandaag vinden we één van deze giganten, nog in het ochtendlicht op weg naar het strand. Bij veel kuilen zie je dat er afgelopen nacht veel schildpadjes uit het ei zijn gekropen en naar zee zijn gesneld. Jan blijft wat langer op het strand zoeken en is getuige van het uitkomen van een nest. Als een vulkaaneruptie komen ze uit het zand te voorschijn en tien minuten later zijn ze in zee verdwenen. Het is dan al dag en vier Ascension Frigate Birds patrouilleren al een tijdje boven het strand. Ze pakken een paar schildpadjes, maar de meesten weten zee te bereiken. Gisteren en eergisteren vloog er hier een Gierzwaluw rond, een dwaalgast op het eiland. Vandaag is deze vertrokken. Boven het strand zoek ik de bosjes mexican thornbush af rond de regenplas die hier nog steeds staat, maar vind geen nieuwe verdwaalde vogels, alleen de lokale exoten. Waarschijnlijk is de Gierzwaluw met de regenstorm van een paar dagen eerder meegekomen, evenals de nog op naam te brengen afrikaanse zwaluw die we eerder zagen. De twee Koereigers, dwaalgast en longstayer, zijn er nog wel.
Later op de ochtend gaan we naar het hogere deel van het eiland, rond Green Mountain. Het is er prettig koel onder en soms tussen de wolken. Het landschap is een vertrouwd berglandschap, maar dan wel één waar geen van de bomen en struiken hier oorspronkelijk vandaan komen. Hellingen overgroeid met kleine guavestruiken, afgewisseld met hogere jeneverbes. De guaves zijn bron van voedsel voor de Common Myna's, één van de vier landvogels op het eiland - alle exoot. Hier zien we ook de stevig uit de kluiten gewassen landkrabben, met hun scharen om ontzag voor te hebben. Iets hoger neemt de jeneverbes het helemaal over, verdwijnen de myna's en horen we alleen nog de Kanaries zingen. Eerder zagen we ook de Common Waxbill (waarvan de Nederlandse naam Sint Helenafazantje to enige hilariteit bij onze Engelse reisgenoten leidt) en als we tussen de jeneverbesstruiken de Red-necked Spurfowl horen, is het stel exoten compleet.
Bovenaan de heuvel worden we beloond met een indrukwekkend zicht op Bootswain Island, de vogelrots met Noddy's, drie soorten genten, White-tailed Tropicbirds. Eerder in de week keken we vanaf het water naar boven. We zagen de Ascension Frigatebirds boven op het randje van de klif. Nu van boven zie je dat de platte bovenkant van de rots helemaal is bezet door de Frigatebirds. Ik tel zo'n 700 vogels keurig verspreid over de klif. Thuis nog eens natellen op de plaatjes. Een overzichtelijke vogelbevolking op een relaxed en af en toe onwerkelijk eiland. Ascension is geen straf.
Peter Spierenburg