Augustus, heel droog en erg warm zoals we dat de laatste jaren wel beginnen te kennen, had voor ons de gewoonlijke soorten, als een repeterend filmpje, maar daar bovenop waren er een paar echte knallers, zoals een eenmanswaarneming met foto's van een Sakervalk, de derde Purperkoet van het land, de vangst van een Groene Fitis in het diepe binnenland, een nieuwe Ringsnavelmeeuw en een zomerkleed Woestijnplevier. Dat is écht wel iets om te bespreken, en dan pakken we de rest ook maar mee. Blijft u kalm, dan nemen we het allemaal een voor een door...!

Hoogtepunten

Sakervalk

Een juveniele Sakervalk vloog over een kijkhut bij Stiens, bij Leeuwarden (Fr), en de vogel werd goed gefotografeerd, door helaas maar één waarnemer. Als het geval wordt aanvaard, dan gaat het om het tweede geval van Nederland, na de eerste in juli 2019. Mogelijk was de vogel geringd, en of dat nu voor of tegen een wilde herkomst mag pleiten, dat lijkt ons weer echt iets voor de Commissie Dwaalgasten der Nederlandse Avifauna.

Sakervalk Falco cherrug, Stiens (Fr), 10 augustus (Rudy Fopma)

Purperkoet

De derde Purperkoet van Nederland werd in de avond van 26 augustus ontdekt op exact dezelfde locatie als waar de tweede van Nederland verbleef in december 2021. Het feit dat de locatie dezelfde was bood ruimte aan wilde en minder wilde speculatie.

Purperkoet Porphyrio porphyrio, Zevenhuizen (ZH), 29 augustus (Hans Overduin)

Groene Fitis

Een vangst van een Groene Fitis in het binnenland, en wel in Vorden (Gld), mag gerust een sensatie worden genoemd. Zeldzame zangertjes worden bijna nooit in het binnenland vastgesteld, en Vorden mag gerust het "diepe binnenland" worden genoemd. Vele liefhebbers zouden de soort graag hebben waargenomen! Helaas konden we geen foto bemachtigen om hier te laten zien, maar hier is iets over de vangst te lezen.

Ringsnavelmeeuw

Bij Arnhem werd een Ringsnavelmeeuw ontdekt op 24 augustus. Op 26 augustus werd de vogel voor het laatst gezien. Saillant detail is dat de ontdekker van de vogel al twee keer eerder een Ringsnavelmeeuw heeft ontdekt. Het leek niet om de bekende oude vogel van Polen, België, Nederland, Oekraïne, Rusland en Belarus te gaan.

Ringsnavelmeeuw Larus delawarensis, Arnhem (Gld), 24 augustus (Johan de Jong)

Woestijnplevier

De Woestijnplevier kende tot dit jaar al 23 gevallen in Nederland. De volgende meldde zich op De Schorren op Texel, waar de vogel helaas maar één dag te zien was. Voor de liefhebber van getallen: het aantal gevallen van de Woestijnplevier neemt heel langzaam toe, van ongeveer 0,4 per jaar in 2000, tot ongeveer 0,8 per jaar op dit moment.

Woestijnplevier Anarynchus leschenaultii, Texel (NH), 10 augustus (Jeroen de Bruijn)

Overzicht

Eendachtigen

We hebben deze maand besloten om niet te berichten over de Ross' Gans van Breda, waarmee we het dan helaas toch weer hebben gedaan. Wie hem wil, de uiterst tamme maar ongeringde vogel die de hele maand in Breda zat, mag hem hebben... Een mannetje Amerikaanse Zee-eend zou niet al te moeilijk te onderscheiden moeten zijn van een Zwarte Zee-eend, zou je denken. Niets is minder waar! Een Amerikaanse Zee-eend-lookalike werd langsvliegend gefotografeerd op 30 augustus op Texel (NH). Het ontbreken van een bult op het geel van de snavel en de minder dikke nek waren enige tegenargumenten. Vooral op het schermpje van de camera zag het er héél spannend uit, maar na goede bestudering bleek de waarheid dat niet.

Pretentieuze Zwarte Zee-eend Melanitta nigra, Texel (NH), 30 augustus (Arjan Dwarshuis)

Dat je vroeger of later na je geboorte weer doodgaat is een van de vastigheden van het leven. Daar is niets aan te doen, zullen we maar zeggen. Dat het verblijf van de Kleine Topper in de Kennemerduinen ook bij de vastigheden van het leven zou gaan horen, dat ligt dan weer niet binnen ieders horizon! De vogel verbleef er weer de gehele maand.

Rallen tot aalscholvers

Het boven al gemelde punt dat de derde en de tweede Purperkoet van Nederland op exact hetzelfde - kleine - plasje verblijf hadden gekozen leidde tot enige speculatie. Het goed bezochte gebied lijkt te klein om een Purperkoet vier jaar lang te verbergen. Was het toeval dat de vogel daar was terechtgekomen, of zou het dezelfde vogel zijn als die van bijna vier jaar geleden, dat is wat de speculanten bezig hield. De in de avond van 26 augustus ontdekte vogel was de rest van de maand te bezichtigen.

Purperkoet Porphyrio porphyrio, Zevenhuizen (ZH), 27 augustus (Dirk van Doorn)

Op 2 augustus werd een zeer vroeg Vaal Stormvogeltje gezien langs Rottumeroog (Gr). Een wat meer voor de hand liggend datum is 28 augustus, voor de tweede van het seizoen, en die vloog tijdens slecht weer langs IJmuiden (NH).Op 22 augustus werd een zekere, en op 23 augustus een mogelijke, Vale Pijlstormvogel gezien langs het strand van Terschelling (Fr). Het waren de enige waarnemingen van de maand. Het aantal waarnemingen lijkt sinds 2010 af te nemen, maar een duidelijke trend is niet vast te stellen. Kijk verderop ook in het nieuws over de waarnemingen in de rest van de WP. Het aantal Vale Pijlstormvogels in Groot Brittanië was juist heel hoog. Na jarenlange "verdachte" waarnemingen van de Kwak in de directe omgeving van plaatsen waar ze ook worden gehouden als kooivogel, zoals Artis, Blijdorp, Avifauna en wat dies meer zij, begint het aantal vrije vestigingen - zonder veel geringde vogels - inmiddels aardig te exploderen. Zo werden in 71 uurhokken exemplaren gezien, en die hokken waren zo'n beetje gelijkelijk verdeeld over Nederland, met enige verdichting rond Middelburg en Amsterdam. De grootste concentraties waren 13 juveniele en vijf adulte vogels in Siberië - vergis u niet, dat ligt in Deurne (NB), en hoe het gespeld dient te worden (met of zonder puntjes op de e) is niet helemaal duidelijk - en een verbluffende 37 vogels op 17 augustus in Nederweert (L). We durven nu al te zeggen: "de Kwak is de nieuwe Koereiger"...! De vaste inventaris van het Natuurpark Lelystad, de Dwergaalscholver, dreigt nu toch echt de eigenaar te worden van de onderscheiding voor de langst op één plek onafgebroken aanwezige dwaalgast in Nederland ooit. Andere langdurig aanwezige dwaalgasten - meest eenden - die meerdere jaren aaneen werden gezien, zoals Stellers Eider, Koningseider, Ringsnaveleend en Kleine Topper, waren gedurende een deel van het jaar weg of onzichtbaar. En tot slot nog even dit: welke Dwergaalscholver kan nu zeggen dat die wel eens een Eland heeft gezien?

Waders

Vier Amerikaanse Goudplevieren werden waargenomen: een bekende bij Zeeburg op het wad op Texel (NH), die daar al geruime tijd zat, een in de Dollard (Gr) van 1 tot 3 augustus, een bij Westhoek (Fr) op 9 augustus, en vanaf 25 augustus op de "Rommelhoek" in de Eemshaven (Gr).

Amerikaanse Goudplevier Pluvialis dominica, Eemshaven (Gr), 29 augustus (Thijs Glastra)

Aziatische Goudplevieren deden het iets rustiger aan: de vogel van Texel (NH) bleef tot 11 augustus en van 22 tot 26 augustus op Schiermonnikoog (Fr). In een geruststellende 50 blokken werden Morinelplevieren vastgesteld, op drie na allemaal in de tweede helft van de maand, maar geen enkele werd gezien binnen de driehoek Eindhoven - Rotterdam - Leeuwarden. Groepjes van acht over Emmapolder (Gr), vijf over Schiermonnikoog (Fr) en vier verblijvende bij de Bol op Texel (NH) waren de grootste.

Morinelplevier Charadrius morinellus, Paezemerlannen (Fr), 27 augustus (Wim van Zwieten)

Een Amerikaanse Bonbekplevier ontdekken, dat zouden veel zoekers van zeldzaamheden maar wat graag willen. De soort is niet bepaald gemakkelijk te herkennen. Een toevallige foto van deze soort maken zou zowel een droom als een nachtmerrie zijn. Want dan ben je de maker van een toevallige foto, en mogelijk de "ontdekker van een nieuwe soort voor Nederland", zonder dat je daar ook maar iets voor hebt gedaan. Een bezoeker van Terschelling maakte een "random photograph" van een groepje plevieren, om later te ontdekken dat er misschien wel een Amerikaanse Bontbekplevier op de foto stond! Verdere informatie over de vogel, op de foto hieronder de onderste van de drie vogels in het midden, is hier te vinden. De discussie is op het moment van schrijven van deze rubriek nog niet verstomd...

Mogelijke Amerikaanse Bontbekplevier Charadrius semipalmatus, Terschelling (Fr), 25 augustus (Thijs Glastra)

De eerste bezoekbare Woestijnplevier van Nederland, in augustus 1984, zat op een van de moeilijkst te bereiken plekken van Nederland, het Amelander Duin op Terschelling. De zo ongeveer verste plek van Nederland vereiste een tocht met auto of openbaar vervoer naar Harlingen, een reis van anderhalf uur met de veerpont naar Terschelling, een tocht van ± 13 km met taxi of openbaar vervoer naar Oosterend, aan de andere kant van het eiland, en daarna een flinke fietstocht per huurfiets van ± bijna 12 km naar het einde van de Boschplaat, toen nog het Amelander Duin. Dat was de eerste bezoekbare Woestijnplevier van het land, maar daarna zijn er nog vele gekomen. Op 10 augustus werd op Texel (NH) nummer 24 van de Nederlandse lijst gezien. Tot 3 augustus bleef de Bonapartes Strandloper van Westhoek (Fr) nog te zien, en de vogel van Oudega (Fr) bleef daar nog tot 8 augustus. Zo’n twaalf Gestreepte Strandlopers waren in het land in augustus, vooral eenzame. Alleen op 16 augustus werden er twee bij elkaar gezien, in de Ezumakeeg (Fr). De enige Terekruiter van deze maand werd in de Peazemerlannen (Fr) gezien, en wel op 23 augustus. Twee Steppevorkstaartplevieren werden deze maand gezien, beide zeer kort, maar juist lang genoeg om herkenbaar te worden gefotografeerd. De eerste was op 8 augustus bij Oudega (Fr) en de tweede op 31 augustus bij Krommenie (NH).

Steppevorkstaartplevier Glareola nordmanni, Oudega (Fr), 8 augustus (Mark Schuurman)

Zeekoeten, meeuwen tot sterns

De Zwarte Zeekoet van Ritthem (Zld) en omgeving werd daar nog de gehele maand gezien. De rui naar winterkleed werd succesvol afgerond.

Zwarte Zeekoet Cepphus grylle, Ritthem (Zld), 18 augustus (Marcel Klootwijk)

Augustus is de tijd van het jaar dat je adulte Vorkstaartmeeuwen in Nederland kunt zien en het zijn er meestal weinig. In andere maanden lukt dat meestal niet. Op 15 augustus werd een adult gezien bij Scheveningen (ZH), op 22 augustus een in winterkleed langs Terschelling (Fr) en op 23 augustus langs Terschelling (Fr) en Texel (NH). Toen was het weer op... Wist u dat de Ringsnavelmeeuw de dwaalgast was met de grootste gemiddelde verblijfsduur van alle Nederlandse dwaalgasten, te weten 187 dagen? U heeft dat natuurlijk niet uitgezocht, maar wij wel! Bedenk dat twee vogels, die van Goes (Zld) van 1998 tot en 2004, met een in de zomer onderbroken verblijf van 1.209 dagen en die van Tiel (Gld), ook alleen in de winter, van 2004 tot 2008, met een verblijf van 715 dagen, het gemiddelde aardig omhoogduwen! De vogel die in Arnhem werd ontdekt was helaas maar enkele dagen te zien, van 24 tot 28 augustus. Lachsterns deden geen dingen die ze in andere jaren ook niet deden, dus het verschijnen bij de Dollard (Gr) en verder in Groningen en Noord-Holland, was niet zo bijzonder. Vogels in Zuid-Holland, bij Zevenhuizen (ZH) op 27 augustus - bij de Purperkoet- en de Kagerplassen op 31 augustus, zijn dan weer wel vermeldenswaard.

Roofvogels

Het Grijze Wouw-journaal, een bijna vast onderdeel van dit overzicht, heeft deze maand alleen maar goed nieuws! In de eerste week zaten eerst een, even later twee en nog even later zelfs drie of vier exemplaren in Zeeuws-Vlaanderen. Later in de maand werd een enorme stortvloed duidelijk. Het is duidelijk: de Grijze Wouw is de nieuwe Slangenarend. Rond 10 augustus waren minstens zeven exemplaren tegelijkertijd in het land aanwezig. Ook de rest van de maand liepen de waarnemingen keihard door. In een duizelingwekkend aantal van 35 uurhokken werd de fantastische soort gezien, maar gek genoeg niét in Flevoland, Noord-Holland en Friesland, en dus ook niet op de Waddeneilanden. Hoewel het om 35 uurhokken ging, zal het zeker veel minder exemplaren hebben betroffen, maar hoeveel het er precies waren, dat is moeilijk te zeggen.

Grijze Wouw Elanus caeruleus, Rouveen (Ovl), 22 augustus (Sebastiaan Koppelle)

De Slangenarend was de vorige maand nog de meest doorgegeven soort op de Rare Birds Alerts van onze vogelclub. Een geschikte Nederlandse vertaling van de term laat nog op zich wachten. In ieder geval: in juli bestond maar liefst 32 % van de meldingen van de in totaal 21 gemelde soorten uit meldingen van deze kennelijk uiterst populaire soort. In augustus nam het aantal meldingen af, niet vanwege gedaalde populariteit, maar vanwege een daling in het aantal vogels, die langzamerhand naar het zuiden vertrekken. Dit jaar lijkt een goed jaar te zijn voor de Schreeuwarend. Ook deze maand was er weer een waarneming, en wel op 12 augustus bij Halsteren (NB).

Schreeuwarend Clanga pomarina, Halsteren (NB), 12 augustus (Mark Hoekstein)

Hoppen tot valken

In 17 uurhokken werden Hoppen vastgesteld, wat in verband met de broedgevallen niet al te veel lijkt. Roodpootvalken werden natuurlijk ook gezien in augustus, maar niet opvallend veel meer of minder dan in andere jaren, was de indruk van het DB Terugblik-team. De aantallen zijn wel beduidend hoger dan in de "magere" jaren 2017 - 2021.

Roodpootvalken Falco vespertinus, Eempolders (U), 31 augustus (Stephan Jourdan)

Op 10 augustus vloog een Sakervalk van niet geheel duidelijke komaf over een kijkhut bij Siens, vlakbij Leeuwarden. Het enthousiasme was - net als bij de meeste andere Sakervalken - opmerkelijk lauw, omdat de vogel geringd leek te zijn, maar het was wél een juveniel. De vogel werd daarna helaas niet meer gezien.

Zangvogels

Op 11 augustus werd een wegvliegende Roodkopklauwier gezien in Milsbeek (Gld) en op 19 augustus werd er een waargenomen op het Dwingelderveld (Dr).

Roodkopklauwier Lanius senator, Dwingelderveld (Dr), 19 augustus (Sebastiaan Koppelle)

De twee stabiele Bonte Kraaien van Schiermonnikoog (Fr) en Den Haag (ZH) werden deze maand slechts geassisteerd door een vogel in Mastenbroek (Ovl) op 26 augustus. De vangst van een Groene Fitis in Vorden (Gld) op 28 augustus mag wel als een regelrechte sensatie worden geclassificeerd. De vogel werd gevangen in niet toegankelijk terrein, dus de would be waarnemers hadden weinig kans, als ze dat überhaupt al hadden. Het zien van een vogel na de vangst is bepaald niet gegarandeerd – maar er zijn voorbeelden van! De Grauwe Fitis is al enige tijd geen beoordeelsoort meer, maar een relatieve zeldzaamheid is het nog steeds. Dit jaar waren er wel bijzonder veel gevallen in augustus. Twee vogels werden gezien op Rottumerplaat (Fr), met waarnemingen van 17 tot 20 augustus. Terschelling had er maar liefst vijf van 18 tot 26 augustus, en Schiermonnikoog was ook de verblijfplaats voor een exemplaar, van 26 tot 30 augustus. En dan werd er ook nog een geringd te Castricum (NH) op 20 augustus.

Grauwe Fitis Phylloscopus trochiloides, Terschelling (Fr), 25 augustus (Thijs Glastra)

Op elf locaties werden Sperwergrasmussen vastgesteld. De locaties lagen allemaal vrijwel direct aan de kust, en waren dus niet zeer verrassend te noemen. Alle waarnemingen waren vanaf 13 augustus - ook al niet zo heel raar! Orpheusspotvogels in het najaar, die worden niet zoveel gezien. Toch lukte het een Orpheusspotvogel op Texel niet om aan de aandacht te ontsnappen; op 15 augustus werd er een gezien op De Robbenjager.

Orpheusspotvogel Hippolais polyglotta, Texel (NH), 15 augustus (Jos van den Berg)

Als er één maand is in het jaar waarin het komen en gaan der schaarse soorten voorspelbaar is, dan is het wel de maand augustus. Het DB Terugblik-team voelt zich dan een beetje als de hoofdrolspeler in de film Groundhog Day, waarin deze talloze malen dezelfde dag doormaakt, met van de ochtend tot de avond dezelfde gebeurtenissen. Lachsterns, Zwarte Ooievaars, Roodpootvalken en vooral Waterrietzangers komen en gaan als het verschijnen en verdwijnen van de hemellichamen. Deze maand was het al niet anders, maar natuurlijk toch weer nét anders dan in andere jaren. Zo hadden de Lachsterns een matig broedseizoen achter de rug en kwamen er dus niet al teveel langs, maar het aantal Zwarte Ooievaars was dan weer aardig wat hoger dan normaal. De Waterrietzangers waren dan weer laat dit jaar, en deze maand zat er in ieder geval één in Litouwen met de hand grootgebrachte vogel tussen, die op 8 en 9 augustus bij Zevenhuizen (ZH) werd gezien. Deze gekleurringde jonge vogel demonstreerde dat die aan de ene kant exact hetzelfde verblijfs- en trekgedrag vertoonde als zijn in het wild grootgebrachte soortgenoten, maar aan de andere kant misschien iets meer vertrouwelijk was dan normaal.

Waterrietzanger Acrocephalus paludicola, Dordtse Biesbosch, 11 augustus (Hans Gebuis)

Drie Roze Spreeuwen werden gezien: op 24 augustus over de Vulkaan bij Den Haag (ZH), op 26 augustus over de Slikken van de Heen (Zld) en op 28 augustus op het Renvogelveld op Texel (NH). Gingen de jongelui van de Nederlandse Jeugdbond voor Natuurstudie al aardig los met de vondst van meerdere Grauwe Fitissen op hun kamp op Terschelling (Fr), een Citroenkwikstaart bij Seeryp op hetzelfde eiland kwam de zaak completeren van 20 tot 23 en mogelijk zelfs 25 augustus.

Inmiddels elders

Een maand met weinig grote verrassingen, maar desalniettemin hebben we ook deze maand weer met veel enthousiasme een bondig overzicht van het meest interessante vogelnieuws uit het West-Palearctisch gebied voor u samengesteld.

Azoren

Orkaan Erin bracht de nummer 1 WP-twitcher op het idee om de Azoren eens vroeg in het seizoen te bezoeken. Het leverde een Arminjons Stormvogel ((Trindade Petrel) op, die fraai langs Corvo vloog op 27 augustus en een Roodoogvireo (Red-eyed Vireo ) alhier op 30 augustus. Een dag later werd een Langstaarttroepiaal (Great-tailed Grackle) ontdekt in Ponta Delgada, São Miguel. Indien aanvaard betreft dit een nieuwe soort voor de WP. Deze soort kent een beperkte migratie en staat niet bekend om haar vliegkunsten, dus de kans lijkt groot dat de ship-assisted kaart getrokken zal worden.

Britse Eilanden

De tweede Grijze Wouw (Black-winged Kite) voor het VK verbleef op 20-21 augustus in het zuidwesten van Engeland. Het eerste geval was nog maar twee jaar geleden. Het eerste broedgeval van Graszanger (Zitting Cisticola) trok veel bekijks in Suffolk. Het paar bracht vier jongen voort. Na Zwarte Ibis (Glossy Ibis) in 2022 en Struikrietzanger (Blyth’s Reed Warbler) vorig jaar is dit al de derde soort in de laatste vier jaar met een eerste broedgeval in het VK. Recordaantallen Wilsons Stormvogeltjes (Wilson’s Storm Petrel) en Vale Pijlstormvogels (Balearic Shearwater) werden gezien in de Britse wateren, met respectievelijk honderden en duizenden exemplaren. Een Cornwall pelagic leverde een Scopoli’s Pijlstormvogel (Scopoli’s Shearwater) op. Twee Sakervalken (Saker Falcon) deze maand in Engeland bleken beide geringd en ontsnapt. Langblijvers betroffen de Amerikaanse Dwergstern (Least Tern) , die begin augustus nog sporadisch waargenomen werd langs de Ierse kust, en de Geoorde Aalscholver (Double-crested Cormorant) die medio augustus weer op z’n bekende winter verblijfplaats opdook in het noordwesten van Ierland. Een fraai mannetje Amerikaanse Blauwe Kiekendief (Northern Harrier) verbleef deze zomer op een niet vrijgegeven locatie in westelijk Ierland. De Amerikaanse Zwarte Stern (American Black Tern) schoof op naar het noorden en werd begin augustus gezien langs de Schotse oostkust en drie Amerikaanse Grote Zee-eenden (White-winged Scoter) verbleven nog altijd in Schotland. De Frans-Britse Brilstern (Bridled Tern) was weer te vinden langs de noordoostkust van Engeland op 23-25 augustus.

Centraal-Europa

Op 19 augustus werd de derde Veldrietzanger (Paddyfield Warbler) voor Luxemburg vastgesteld, ook dit keer weer een ringvangst bij Schlammwiss. Ook in België werden de gebruikelijke Veldrietzangers (Paddyfield Warbler) geringd en wel op 14 en 22 augustus. Onze zuiderburen maakten een zinnenprikkelende claim op 19 augustus met een mogelijke Boskoekoek Oriental Cuckoo) in Het Zwin. Bij nadere bestudering bleek het vrijwel zeker om een gewone Koekoek (Common Cuckoo) te gaan, maar iedereen stond weer op scherp en ieders fantasie was weer prettig geactiveerd!

Koekoek Cuculus canorus, Het Zwin, België, 19 augustus (Tom Goossens)

De vierde Grijze Strandloper (Semipalmated Sandpiper) voor Duitsland werd 4 augustus ontdekt bij Dagebüll. Op 11 augustus verbleef een Blonde Ruiter (Buff-breasted Sandpiper) in het noorden van Duitsland. De Schildraaf (Pied Crow)-saga werd vervolgd op Helgoland met een exemplaar op 28-29 augustus. In Bretagne, Frankrijk, werd een Zuidpooljager (South Polar Skua) gemeld op 21 augustus. Indien aanvaard zou dit het vijfde Franse geval betreffen. Eveneens in Bretagne vond de primeur plaats van de eerste Amerikaanse zanger van dit najaar in Europa. Een Tennesseezanger (Tennessee Warbler) werd geringd op 30 augustus nabij Trunvel, het eerste geval van deze soort voor Frankrijk.

Tennesseezanger Leiothlypis peregrina, Frankrijk, 29 augustus (Gaétan Guyot)

Nabij Montpellier werd een Renvogel (Cream-coloured Courser) ontdekt. In Decize in centraal Frankrijk bleek de lang verblijvende Rifreiger (Western Reef Heron) gepaard te zijn met een Kleine Zilverreiger (Little Egret) en samen voerden ze twee jongen, die vrijwel geheel wit waren, met enkele donkere veren en deels gele poten.

Oost-Europa

De Scandinavische Kroeskoppelikaan (Dalmatian Pelican) bereikte Polen op 19 augustus. Verlaat nieuws betreft het eerste Poolse geval van Ménétriés’ Zwartkop (Ménétriés’s Warbler). De vogel werd geringd op 29 april langs de kust in Dąbkowice en DNA-analyse bevestigde de determinatie.

Zuid-Europa

Het bekende Spaanse trektelpunt Estaca de Bares was weer goed voor een knaller. Dit keer een Witkinstormvogel (White-chinned Petrel) op 29 augustus. Indien aanvaard zou dit het tweede geval voor Spanje en het vierde geval voor de WP zijn. Zuidpooljagers (South Polar Skua) op 19 en 26 augustus zijn tegenwoordig geen verrassing meer bij dit trektelpunt. De langverblijvende Kelpmeeuw (Cape Gull) was ook deze maand nog aanwezig in Laredo. Een Abdims Ooievaar (Abdim’s Stork) met een radiozender in Italië doet dromen over een wilde origine van deze vogel. Een Palmtortel (Laughing Dove) in Kroatië op 5 augustus zou, indien aanvaard als wild, een nieuwe soort voor het land betekenen. De verwachting is echter dat deze veel gehouden soort in categorie D belandt.

Noord-Afrika

De groep Teugelastrilden (Crimson-rumped Waxbill) in Abu Simbel is inmiddels aangegroeid tot 17 exemplaren. De Grote Textorwevers (Village Weaver) waren hier ook nog aanwezig met tien exemplaren, alsmede een Afrikaanse Bonte Kwikstaart (African Pied Wagtail). Het eerste broedgeval van Egypte in meer dan honderd jaar van Afrikaanse Dwergaalscholver (Reed Cormorant) werd eveneens vastgesteld nabij Abu Simbel.

Midden-Oosten

Een deprimerende reality check uit het Midden-Oosten; in 2024 werden 22 kuikens van de Lannervalk (Lanner Falcon) gezenderd. Binnen een jaar was er geen één vogel meer over. Waarschijnlijk zijn 19 van de 22 vogels weggevangen in het Midden-Oosten door valkeniers. Het paartje Zijdestaarten (Grey Hypocolius) met jongen werd ook in augustus gezien nabij Eilat, Israël. De pelagics vanuit Eilat produceerden zoals verwacht enkele Chinese Stormvogeltjes (Swinhoe’s Storm Petrel) alsook een record aantal van zes Wilsons Stormvogeltjes (Wilsons Storm Petrel). Een Zwarte Noddy (Lesser Noddy) is nog steeds aanwezig bij de fishing farms voor de kust van Ra’s Dibba, VAE. Nabij Dubai werd het eerste broedgeval van Indische Ralreiger (Indian Pond Heron) in de VAE vastgelegd. Langs de kust bij Mirbat werden begin augustus twee Zwartbuikstormvogeltjes (Black-bellied Storm Petrel) gezien. Deze betekenden het vijfde en zesde geval voor Oman. De oplettende lezer constateert dat dit zich in de Terugblik van vorige maand al liet voorspellen. Tevens werden langs de Omaanse kust gedurende drie dagen zeetrektellen en een pelagic twee Wigstaartpijlstormvogels (Wedge-tailed Shearwater), drie Chinese Stormvogeltjes (Swinhoe’s Storm Petrel) en maar liefst 160 Australische Grote Pijlstormvogels (Flesh-footed Shearwater) waargenomen. Van de Arminjons Stormvogel (Trindade Petrel) was geen spoor te bekennen.

De Glazen bol

Laten we maar eerlijk zijn, nu de ijskappen in het hoge noorden sneller smelten dan vredesbesprekingen waar ook ter wereld lijken te vorderen, is werkelijk alles mogelijk. Na de Pacifische Parelduiker zijn Zilveralk, Kuif- en Gehoornde Papegaaiduiker soorten die niet langer in het rijk van het onmogelijke liggen, maar gewone wenssoorten kunnen zijn. In september – voor de geestelijk minder gestoorden – zijn zeldzame bladzoekertjes zoals Noordse Boszanger, Groene Fitis of Balkanbergfluiter ook nog echte droomsoorten, maar met minder nemen we meestal ook genoegen. Het is de tijd van de vogeltrek, dus uw dag kan altijd worden opgevrolijkt door een meer of minder zeldzame soort. In menig tuin zou een overvliegende Boomleeuwerik al een kleine sensatie zijn! Hoe hoog of laag de ambities ook zijn, we wensen iedereen weer heel veel plezier bij het zoeken naar wat er allemaal te vinden valt…!

We willen alle waarnemers en fotografen hartelijk bedanken voor hun bijdragen aan dit verslag. We would like to thank all observers and photographers for their contributions to this report.

Wim Wiegant & Eduard Sangster