Wat een verhaal! Wat een MEGA-gave soorten! Gefeliciteerd heren.
DB Actueel Online
Op gezette tijden wil de website aandacht besteden aan actuele ornithologische fenomenen. De Nederlandse vogelaars worden (gelukkig maar) nog regelmatig verrast. Door een influx van een bepaalde soort of bepaalde soorten, door een uiterst zeldzame soort waarvan de meeste vogelaars nog niet eens de juiste Nederlandse naam weten, door onverwachte determinatieproblemen en dergelijke. De kracht van dit medium is dat er direct en interactief ingegaan kan worden op deze spannende gebeurtenissen in het veld. Wat is er precies aan de hand? Wat is hier al van bekend? Is er al eerder over geschreven in Dutch Birding? Hoe denkt men in het veld hierover?
BIzarre MegA door Christian en Bram op Rottumerplaat: Bergkalanderleeuwerik
2 juli 2020 · Christian Brinkman & Bram Ubels · 5450 × bekeken
Gedurende de voorjaars- en zomerperiode wordt Rottumerplaat normaliter bemand door twee vogelwachters die in opdracht van Staatsbosbeheer het eiland inventariseren en monitoren. Dit jaar, vanwege de Covid-19 pandemie, was het logistiek niet verantwoord om zo’n geïsoleerd liggend eiland te bemannen. Toen in mei vanuit de overheid enkele versoepelingen werden doorgevoerd kwam er echter toch ruimte om Rottumerplaat te gaan bemannen. Zo kwam het dat op 5 juni Bram Ubels en Christian Brinkman een eiland opstapten waar ze pas maanden later weer vanaf kunnen, een hele uitdaging dus!
Vanwege de late start stonden de eerste dagen in het teken van de opgelopen achterstand enigszins wegwerken. Veel broedvogels tellen en lange dagen dus. Op 17 juni was er even tijd voor rust en huishoudelijke klusjes. In de late middag loop ik (Christian) een controleronde langs de Scholeksternesten. Dit betekent eerst langs de binnenzijde van de Stuifdijk naar het westen lopen en dan terug via de buitenzijde. Om 18:30 controleer ik het laatste Scholeksternest en wil ik teruglopen naar de accommodatie. Even verderop had een paartje Scholekster zich enigszins verdacht gedragen, dus loop ik toch door en jaag, na 30 meter, een zangvogel tussen het puin vandaan. Meteen is duidelijk dat het een leeuwerik betreft en ik check, uit reflex de vleugelachterrand. Ik verwacht de witte achterrand van Veldleeuwerik te zien (talrijke broedvogel op het eiland), maar er is geen spoortje wit zichtbaar. “Leuk”, denk ik, “Die witte achterrand is soms toch moeilijker te zien dan gedacht.”. De vogel lijkt echter ook egaler dan Veldleeuwerik en ik blijf de vogel volgen. Als deze enigszins bijdraait valt het formaat pas op, dit is echt een fors beest! Om de vogel niet kwijt te raken achter de Stuifdijk loop ik door het mulle zand achter de vogel aan. Dan draait de vogel om en zie ik in een flits een bruine ondervleugel open en dicht gaan! In mijn achterhoofd begint een stemmetje te roepen: “BIMAC! BIMAC! BIMAC!”. Dit had ik even niet zien aankomen! Ik ben in volle ‘broedvogelinventarisatie-modus’ en moet flink schakelen. De vogel is inmiddels dichterbij en landt op korte afstand in het karrenspoor.
De plek van de ontdekking, Rottumerplaat, 17 juni 2020 (Christian Brinkman)
Bergkalanderleeuwerik Melanocorypha bimaculata, Rottumerplaat, 17 juni 2020 (Christian Brinkman)
Bij elke beweging lijkt de vogel alert te reageren en ik ben doodsbenauwd de vogel op te jagen. Voorzichtig richt ik mijn kijker: forse snavel, brede donkere nekvlek. Voor mij zit duidelijk een Kalanderleeuwerik of Bergkalander. Bruine ondervleugels betekende ‘die ene’. Dan gaat even alles op zwart; total blackout. Ik begin te twijfelen. Had ik die bruine ondervleugels wel écht goed gezien? Had ik überhaupt het juiste kenmerk wel bij de juiste soort? Zit ik mezelf nu niet enorm op te naaien? Hoe zit het met slijtage? Ik neem veel foto’s en neem dan voetje voor voetje afstand om de vogel niet op te jagen. Tijd om Bram op te roepen via de porto: “Bram, hoor je me? Volgens mij sta ik naar een Kalander- of Bergkalanderleeuwerik te kijken”. Bram is op dat moment bij de accommodatie en komt al sprintend mijn richting op. Ik besluit om boven op het duin zijn komst af te wachten. De vogel zit ondertussen nog steeds in het karrenspoor. Als Bram aankomt heb ik verificatie nodig en stel hem één vraag: “Welke van de twee heeft een bruine ondervleugel en géén witte vleugelachterrand?”. Natuurlijk komt meteen het antwoord: “Dat is Bergkalander!”. Omdat het display van mijn camera kapot is, wisselen we van SD-kaartjes om de foto’s te bekijken.
Bergkalanderleeuwerik Melanocorypha bimaculata, Rottumerplaat, 17 juni 2020 (Christian Brinkman)
Inmiddels begint het schuim rond mijn mond wat op te drogen en kan ik iets helderder nadenken. Snavel oogt goed, maar is die nekvlek niet té groot? Ik ben weer terug op aarde en toch overtuigd van wat ik gezien heb aan de vleugel: dit moet hem zijn! We besluiten dichterbij te gaan om ultiem bewijs te krijgen. We kunnen de vogel een tijd lang in de telescoop zien voordat deze opvliegt. Het is dan meteen duidelijk: die bruine ondervleugel zonder witte achterrand is er écht!
Bergkalanderleeuwerik Melanocorypha bimaculata, Rottumerplaat, 17 juni 2020 (Christian Brinkman)
Nadat de vogel onzichtbaar is geland in het helm is er even tijd voor bezinning. We staan hier gewoon naar een nieuwe soort voor Nederland te kijken! Ook dient zich meteen een dilemma aan; niemand kan deze soort immers bezoeken. Op de vaste wal hadden we nu al lang en breed met vrienden aan de lijn gehangen, nu kon dat niet. Bezoek ontvangen is in deze tijd voor de vogelwachters al onmogelijk, laat staan een groep van honderden twitchers. We berusten onszelf in deze unieke situatie. Als we voorzichtig proberen de vogel uit het helm te drukken, vliegt deze onverwacht op, over de Stuifdijk heen en uit beeld. We zoeken nog (voor zover het mogelijk is met alle broedende vogels) op de kwelder en de Stuifdijk, maar vinden de vogel niet terug. Na overleg met Mark de Vries (coördinator tellingen Rottum) besluiten we de soort niet bekend te maken. We vieren de vondst uitgebreid met het laatste flesje rood en de twee biertjes die we nog hadden. Binnen de Birding Basterds besluiten we wel te zeggen dát we iets goeds hebben (minimaal een 5e voor Nederland), maar de soort pas later bekend te maken.
Een uur nadat we het bericht binnen de Birding Basterds hebben verstuurd (we schrijven 21:43) beginnen we een beetje in de lorum te raken. Het komt dan ook als een totale verrassing als Bram ineens zegt: “Chris, volgens mij zit hier een Dunbekmeeuw.”. Ik heb de vogel snel in de kijker en beaam: “Volgens mij heb je gelijk!”. Het is al aardig donker en we hebben alleen onze verrekijkers paraat, snel pakken we de telescoop, die buiten staat. Eén korte blik is voldoende: daar staat gewoon een zomerkleed Dunbekmeeuw tussen de overtijende Kokmeeuwen! Totale ongeloof maakt zich van ons meester, twee soorten van dit kaliber op één dag! Wat zeg ik? Binnen drie uur! Waanzin.
Dunbekmeeuw Chroicocephalus genei, Rottumerplaat, 17 juni 2020 (Bram Ubels)
Niet geheel nuchter en in de overtuiging dat er niemand naar het eiland komt voor een soort die in de afgelopen 20 jaar prima twitchbaar is geweest, gooien we de melding online. Voer voor de speculatiemachine natuurlijk! Als we een Dunbekmeeuw wél melden, maar een andere soort niet, dan moest ‘die andere soort’ wel écht goed zijn! De volgende dag vinden we beide vogels niet terug. We overleggen met Staatsbosbeheer over de te nemen strategie en besluiten een paar dagen te wachten voordat we de Bergkalanderleeuwerik bekend maken. In de avond krijgen we via diverse appgroepen te horen dat de naam van de soort toch is uitgelekt, zo gaat dat dan. De volgende dag nemen we, in samenspraak met Staatsbosbeheer, het heft maar weer in eigen handen en maken de soort bekend via het Boswachtersblog van Staatsbosbeheer en via Dutch Birding.
Discussie
Gebruikers van het forum gaan akkoord met de forumregels.