Atlantic vs. Pacific: twee Odysseys, één blog

De Atlantic Odyssey vs. de Pacific Odyssey. Twee verschillende odysseys, twee verschillende delen van de wereld, twee verschillende schepen, één blog. Op 21 maart vertrekt Menno van Duijn met een groep van 9 vogelaars vanuit Amsterdam voor zijn reis: de Atlantic Odyssey. Via Buenos Aires naar Ushuaia in het zuiden van Argentinië en vervolgens met het expeditiecruiseschip Plancius via Antarctica, South Georgia, Tristan da Cunha, Sint Helena en Ascension naar Kaapverdië. Iets later, op 8 april, vertrekt Pieter van der Luit met een groepje van 3 vogelaars voor zijn reis: de Pacific Odyssey. Van Nieuw Zeeland – waar ze ook nog een week zullen vogelen – met het expeditiecruiseschip The Spirit of Enderby naar Norfolk Island, Nieuw Caledonië, de Solomon eilanden (Rennell, Makira, Guadalcanal, Kolombangara), de Caroline Islands (Truk) en Torishima naar Yokohama in Japan. Pelagic birding op z'n best en twee reizen met veel overeenkomsten (heel veel zeevogels en endemen op kleine eilanden midden in de oceaan), maar ook met veel verschillen (Antarctica vs. de tropen, oost vs. west en bekend vs. onbekend.) Om en om zullen Menno en Pieter (afgewisseld met gastauteurs) verhalen voor het blog naar Nederland sturen waar Martijn Bot de verhalen op internet zal zetten. Voor het eerst zullen twee verschillende Odysseys tegelijkertijd via één blog te volgen zijn, een heuse wereldprimeur door Inezia Tours! Van 21 maart (begin van de Atlantic Odyssey) tot 21 mei (einde van de Pacific Odyssey) op de Dutch Birding site: Atlantic vs. Pacific: twee Odysseys, één blog

Pacific: dag 24 en 25

9 mei 2011  ·  5563 × bekeken

Dag 24: 2 mei 2011 - Guadalcanal, Mount Austin

Tja, om goede soorten te zien moet je soms vroeg op. Om ze te missen overigens ook en dat gebeurde ons vandaag. De wekker stond op 03.15, ontbijt een kwartier later en om 4.15 zaten we in de zodiacs op weg naar de kade vande haven van Honiara, de hoofdstad van de Solomon eilanden. Twee busjes en een 4WD auto staan klaar om ons weg te brengen naar Mount Austin, maar om onbegrijpelijke reden mogen we nog niet instappen. Als iedereen een kwartier later (we hadden dus een kwartier langer kunnen slapen!) eindelijk ingestapt is, gaan we rijden. De bus waar Remco en ik inzitten als laatste. Na een kilometer of 4 zet de chauffeur de motor uit en rolt verder richting Mount Austin. Na een nogal onbeholpen poging de bus onder het rijden nogmaals te starten, vraagt hij of wij contact kunnen op-nemen met iemand uit de voorste bus, de motor van onze bus is te warm. Heel opvallend overigens dat dit voorval zich precies bij de remise van de bus voordoet, maar dat zal toeval zijn.... Via de radio (het engelse woord voor walkie-talkie dat we gebruiken) zeg ik dat we wat later zullen komen en dus besluit de 4WD auto even te wachten. De chauffeur van onze bus heeft een prima manier om de motor te koelen: gewoon een tuinslang pakken en water rechtstreeks op de motor spuiten. Dat daar veel stoom vanaf komt geeft niet, evenmin als het feit dat de motor via het passagiersdeel te bereiken is en iedereen dus in gillend hete stoom dreigt te komen te zitten.

Om een lang verhaal kort te maken: we worden uiteindelijk door de eerste bus opgehaald en naar de top van Mount Austin gebracht, waar we te horen krijgen dat we voor het eerst los mogen. Zonder gids lopen waar je wilt, als je maar stopt bij de rivier (die uiteindelijk niemand zal bereiken). Onze afkeer van het vogelen in grote groepen nog maar al te vers in het achterhoofd, besluiten Remco en ik een aantal andere passagiers op sleeptouw te nemen en voor de meute te blijven. Uiteindelijk gaan we met 6 man op pad, perfect. Brown-winged Starling, Claret-breasted Fruit-Pigeon, Yellow-faced Myna en Midget Flowerpecker weten de fruiting tree een eindje naast het pad te vinden en we hebben meteen een flink deel van de target soorten al in de pocket.

We horen het geluid van de vleugels van een grote vogel en Remco roept meteen: Blyth's Hornbill! De volgende targetsoort en in flinke
aantallen ook, aan het einde van de ochtend hebben we er tegen de 100 gezien. De weg naar beneden is steil, maar we zien behoorlijk veel; zo blijkt later dat de mensen in de grotere groepen (zowel Bird-quest als Wildwings hebben een flinke groep aan boord) vandaag aanzienlijk minder gezien hebben, ook al hebben zij veel tapes ge-speeld. Zelfs zonder tapes heeft de "Inezia groep" (eigenlijk dus Remco en ik en wat independent vogelaars) meer gezien, veel meer en bovendien hebben wij allemaal heerlijk gevogeld, in tegenstelling tot de grotere groepen. Ultramarine Kingfisher, Stephan's Dove, White-billed Crow, Steel-blue Flycatcher, Black-headed Myzomela, Pied Goshawk, Ducorp's Cocka-too (hoewel helaas niet door iedereen in onze groep gezien) en Cardinal Lory zijn stuk voor stuk stevige soorten, eigenlijk mist van de target soorten alleen Buff-headed Coucal nog, een enorm apparaat dat hier ook moet zitten.

In de bloedhitte lopen we het hele stuk weer omhoog, maar geen Coucal helaas. Bovenop heeft de groundagent geprobeerd om het uitvallen van de bus weer goed te maken; naast de ene bus en het 4WD voertuig van vanochtend staan er maar liefst 6 minibussen klaar om ons naar de boot terug te brengen. Remco neemt een andere bus dan ik, maar tot mijn geluk en Remco's verdriet wordt vanuit ons busje een Buff-headed Coucal gezien die zich na een seconde of 15 uit de voeten maakt, zonder dat mensen uit andere busjes hem gezien hebben. Wachtend op de zodiacs terug naar schip op de kade worden sommige mensen die gisteren de Singing Starling gemist hadden, nog verblijd door een paartje dat op de mast van één van de schepen gaat zitten, een lekkere inhaler.

Morgen naar Kolombangara Island, een oude vulkaan met weer flink wat endemen, daarna door richting Truuk, midden in de Pacific.

Dag 25: 3 mei 2011 - Kolombangara

Na de serie vroege vertrekken van de afgelopen dagen, vandaag voor de verandering maar eens een middaglanding. Uitslapen is er niet bij, om half zeven staat de wekker zoals gewoonlijk, maar in ieder geval niet eerder. De ochtend is het toppunt van een lege zee, er wordt werkelijk niets gezien, he-le-maal niets. Veel mensen zitten dan ook binnen om hun lijsten bij te werken, naar huis te mailen of te bloggen. Na de lunch kunnen we meteen aan boord van de zodiacs en 5 minuten later staan we op Kolombangara Island, een typisch vulkaaneiland. Op de top van de vulkaan (uitgedoofd) zit Kolomban-gara Leaf-Warbler, maar om daar te komen heb je minimaal drie dagen nodig, er zijn geen wegen naartoe, het betekent klauteren door de jungle. Wij beperken ons tot de kuststrook. Daar valt ook van alles te zien, iedereen is met name geïnteresseerd in het zien van Roviana Rail, een ral die pas in 1991 beschreven is.

We splitsen onszelf in verschillende groepjes en gaan op pad. Het is
ongenadig heet en benauwd op het eiland en veel mensen krijgen het op een gegeven moment tijdens de wandeling flink voor de kiezen. Veel Cardinal Lories, een paartje Pacific Black Ducks, een Purper-koet, een paar IJsvogels (dezelfde soort als bij ons, maar het ziet er toch wel wat anders uit allemaal), de onvermijdelijke Rainbow Lori-keets en Sacred Kingfishers en dat was het dan wel voor het eerste deel van de tocht. Niet veel bijzonders en zeker geen lifers. Remco ziet gelukkig Ducorp's Cockatoo hier, een soort die hij gisteren ge-mist heeft.

De terugweg gaat via een weggetje tussen een kokosplantage en wat secundair bos en daar zien we eindelijk wat lifers: White-capped Monarch, Yellow-vented Myzomela, White-rumped Swiftlets en Solo-mon Islands White-Eye. Als alle groepen weer samengekomen zijn wachten we nog wat op een heuveltje in de hoop de Roviana Rail alvast te zien, maar verder dan een roepende Australian Koel komen we vooralsnog niet. Schijnbaar is de rail het makkelijkst te zien in het dorpje of aan de rand van de airstrip, dus als we in het dorpje niets zien, lopen we door richting de airstrip. Een tragi-komische set up van mensen en materiaal volgt, maar geen Roviana Rail.... Laatste hoogtepuntje van vandaag: een jagende Solomon Sea-Eagle die één van de gigantische vliegende honden in de vlucht slaat.

Morgen langs Bougainville Island naar het noorden, de beste plek voor zowel Heinroth's Shearwater als Beck's Petrel.

Vanaf The Spirit of Enderby in 06°59'' Zuiderbreedte, 154°57'' Oosterlengte,

Pieter van der Luit

Discussie

Jan van der Laan  ·  10 mei 2011  08:46

Nog kans op Black-faced Pitta?

Gebruikers van het forum gaan akkoord met de forumregels.

Feedback?